Aya Sabi

Gebruikersnaam Aya Sabi

Teksten

Ze zingt en zwerft

Haar haar gloeit goud door het licht. Haar ogen glanzen helderblauw, beschermd door haar sprekende wenkbrauwen. Haar wangen zien rood van geluk en haar neus is een blokje. Dat is wat haar moeder zegt. Zoals ze daar staat, heeft niemand ooit gestaan. Ze draagt een zwarte hoed, haar witte jurk fladdert in de wind. Ze zou een vlinder kunnen zijn, zonder moeite. Haar lach tsjilpt en lelieblank trillen haar vingers als bezeten. Om haar heen is het zwart, donker, schaduw, nacht. Alleen zij licht op, helder als de open hemel boven wit zand. Helder als haar stem. Getroffen door eigen geluid, veranderen de stralen die ze uitzendt. Ze treft echt iedereen. Haar hoed staat nu scheef. Ze lijkt het niet te merken. Nee, ze merkt het niet. Alles wat ze doet, doet ze goed of doet ze niet. Haar doorzettingsvermogen overtreft zelfs haar wil. Uit een droom komt ze voort en in die droom leeft ze nu. Ze maakt kennis met wie ze zal zijn. Nooit meer dezelfde en toch nooit veranderd. Waar ze staat, precies daar, zal niemand meer durven staan. De kracht uit haar breekbare houding, brekende stem, bereikt de andere kant van het universum. Daar weten ze nu dat er leven op aarde is. Aan haar oren hangen twee pauwenveren. Ze weet zeker dat ze echt zijn, al heeft ze ooit die weddenschap verloren. Om haar pols verzamelen parels zich tot een eindige, oneindige cirkel. Haar nagels zijn groen. Het groen van groeiende bomen en slingerende lianen. Het groen van het gras, achter de school. Ze loopt van het podium af. Haar voorhoofd glimt van succes. Haar succes stapelt zich boven de Eiffeltoren. Onder de brug in Parijs wacht het schaap op haar. Ze is weer een zwerver.

Aya Sabi
0 1

Vluchten is voor verliezers

Ze zeggen dat ik een Franse naam heb. De arbeiders proberen te fluisteren, maar mijn oren vissen onbewust de scherpe woorden uit het gezoem van machines dat door de fabriekshal echoot. 'Haar vader is Fransgezind', zeggen ze. Ze halen hun schouders op, fluisteren niet meer en gaan verder met hun werk. Ik ben rijk. Zij zijn arm. Maar zelfs nu ik vloeiend Frans spreek en niets liever hoor dan 'la langue de l'amour', zal ik nooit een Franse zijn. Ik ben Brugser dan Brugge. Ook de Leie draagt de letters uit mijn Brugse naam: Julie. Ik ben hun brood, hun melk, hun aardappelen en af en toe een extra rode spaarcent. Voor mij zijn zij vrijwel niets. Ik wil over de Leie varen naar de Noordzee. De golven zouden me naar het Beloofde Land kunnen dragen. Ach, ik ben maar een zwaan, schrik terug voor de zee, hou me koest op de Leie. Zo denk ik jarenlang. Ik wil weg om niet hier te zijn, maar vooral om te tonen dat Brugge niet zal draaien zonder mij. Julie, de Franse, dochter van een krankzinnige moeder en van de van een brug springende vader. Ze zouden vervallen in verveling en armoede, totdat iedereen weg zal trekken uit de Brugse ruïne. Maar weggaan is weggelegd voor de dappersten. Vluchten voor de verliezers. Ik vervolg mijn weg langs de Leie. Moederziel alleen doemt het groot huis voor mij aan de horizon op. Grijze wolken verschijnen ongevraagd. De wolken lijken zwaar. Elk moment zouden ze uit de hemel kunnen vallen. De regen wast de gedachten van mijn lichaam. Ik zie ze drijven in het regenwater, dat weldra zal verdampen, zich tot wolken zal vormen die allemaal mijn gedachten dragen. Ik nader de brievenbus van het huis, laat de brieven in mijn tasje glijden, zwart leer. Ik loop naar binnen en zonder mijn tas te openen, schuif ik mijn rok naar beneden. Ik ga op zoek naar mijn pyjamabroek die ik uiteindelijk op de stoel achter mijn bureau vind. Het zachte stof omhelst me gretig na een lange dag. Ik neem mijn tas van de eettafel en loop ermee naar buiten. Ik laat me zakken in de oude tuinstoel. Hij kreunt onder elke beweging die ik maak, daarom moet ik me wel stil houden. Hartje zomer regent het grijze gedachtewolken. Uiteindelijk wast de regen mij alleen uit de noodzaak me voor te bereiden. Om plaats te maken op mijn huid, in mijn hersenen en in mijn hart voor andere gedachten. Zwaardere gedachten, die nooit meer weggewassen zullen worden door grijs regenwater. De letters trillen in mijn handen. Ik vervlieg naar een toekomst, veel te zwaar om de mijne te zijn. Een wijdverspreide opstand in Parijs zal weldra ook Brugge treffen. Ik had je willen helpen, maar ik geloof in je. Leonard Verstraelen Mijn adem stokt, de brief valt uit mijn handen, de tuinstoel kraakt. Weggaan is weggelegd voor de dappersten. Alle opstanden eisen levens. Papa sprong van de brug. Vluchten is voor verliezers.

Aya Sabi
12 0

Een schlagermuzikant

Ik sta als klein jongetje op een tafel. Worsten, bier en afwachtende mensen verzamelen zich om mij. Ik kijk ze aan en zij kijken terug. In de verste hoek staat mijn moeder. Ze knikt bemoedigend naar me. Mijn ogen vullen zich met tranen, mijn wangen met schaamte en mijn knieën met leegte. Ik werp nog een laatste blik op haar zachte trekken. Ze lijkt alle vertrouwen in me te hebben. Mijn neefje, vandaag vijf jaar, rekt zich uit om een glimp van mij op te vangen. Ik wil zijn feestje niet verpesten. Ik wil mijn moeder zien stralen, roepen dat ik haar zoon ben. Ik wil de mensen niet langer laten wachten. Ik wil mijn vader doen verhelderen, nadat hij zich straalbezopen heeft. Dus doe ik mijn ogen dicht en begin ik mijn carrière... Mijn vader begroef zich in de aarde. Zo noemde mijn moeder het. Ik wist alleen dat het zwaar was. Ik mocht vooral niet om geld vragen, want op geen enkele rug kon geld groeien. Hij kwam zwart terug. In de late uren zag ik met moeite door het zolderraam de contouren van zijn lichaam. Later, toen mijn ogen genoeg geoefend hadden te speuren in de nacht, zag ik dat hij vaak wankelde. Mijn moeder vertelde me dat het moest. Hij moest zijn angst verdrinken in de drank om te dalen, want zo zwart als het daar was, zo zwart zou het hier nooit zijn. Tot de tijd de antwoorden zachtjes influisterde. De steenkoolmijnen, de schulden, het verleden dat hem inhaalde, de toekomst steeds onbereikbaarder. Dat liet hem drinken tot elke cent opwas. En dat liet hem zichzelf weer in de grond begraven. De schaamte. Maar ik had een gave. Ik zag plaatsen waarvan ik het bestaan niet kende. Ik ontmoette mensen die ooit ver weg leken. Mijn vader moest zich in die tijd niet meer in de grond begraven. Mijn moeder lachte en lachte. Het was makkelijk. Veel makkelijker. Ik luisterde alleen naar mijn muzikale voorouders. Ik zette me aan mijn schrijftafel en maakt de volksmusik die heel het land op stelten zette. Ik was de schlagermuzikant. Niemand deed me dat na. Met mijn voeten stampte ik op de ondergrondse gangen. Dat dacht ik. Tot de man aan de macht kwam. Hij was een genie. Hij had een gave. Hij was een wereldwonder die de wereld liet rollen. Niet alleen Duitsland. Ik moest me aan hem overgeven. Ik moest de God in hem aanbidden. De ideale wereld zou zich onder mijn voeten uitstrekken. Duitsland zou de wereld worden en de wereld Duitsland. Overal waar je komen zou, zou je mijn schlagermusik horen. De mensen zouden dansen en dansen. Het deed me dromen en dromen. Ik gaf geen optredens meer. Als Duitsland de wereld zou worden dan zou ik zingen en zingen. Nu had ik een groter doel voor ogen. Ik zou me naar de top werken. Ik zou niet tevreden zijn met minder. In ons vliegtuigje staan tien soldaten. Iedereen controleert zijn uitrusting. Op de vraag of ik die beroemde schlagermuzikant ben, antwoord ik 'nee'. Het doel lonkt naar me, mijn eindbestemming. Ik maak deel uit van een machtig geheel. Het is nu mijn beurt. Ik laat me gaan, laat alles los, hou alleen mijn ziel vast en voel de sterke luchtstroom langs mijn broos lichaam glijden. 'Nu', denk ik. Ik open mijn valscherm. De krachtige wind doet mijn valscherm bol staan. Ik zweef naar beneden. Zet mijn voeten aan de grond. Nu ben ik een echte soldaat. Nu kan de oorlog echt beginnen. Ik plooi mijn valscherm en tril van opwinding en trots.

Aya Sabi
0 0