Leo Bonjean

Gebruikersnaam Leo Bonjean

Teksten

Ontmoetingen

  Een grootstad zoals Antwerpen, hét stad zeggen de inwoners, herbergt een enorme diversiteit. Niet alleen wonen er zo’n 150 nationaliteiten, zowat alle religies zijn er vertegenwoordigd. Als inwoner – en neen, zelf ben ik geen sinjoor: aan de definitie daarvan voldoe ik niet, al zou het te ver leiden om hier een kleine omweg te maken om dat uit te leggen – kijk ik niet meer op van één of andere klederdracht of taal en zelfs kapsels, zoals uit de golden sixties of een hanenkam, doen zelfs geen wenkbrauw meer rijzen. Nochtans is soms de werkelijkheid sterker dan welk verhaal of sprookje dan ook. De ontmoetingen die ik hier beschrijf hebben wel degelijk plaatsgevonden, en tot op de dag van vandaag begrijp ik het nog steeds niet. Wat er dan gebeurde? Wel, lees even verder, en probeer er een touw aan vast te knopen… Na een bezoekje aan de winkel van B, waar mijn zelfgemaakt speelgoed verkocht wordt, zag ik de tram voor mijn neus voorbijrijden. Liever dan hier tien minuten rond te hangen en te wachten op de volgende, wandelde ik rustig verder richting Lange Nieuwstraat, naar de volgende halte. Natuurlijk kon ik ook te voet naar huis maar die tram gaf mij een beetje tijdswinst, die ik op dat moment goed kon gebruiken. Barbara had me juist gevraagd of ik een paar bloemenstaanders kon maken waar zij een foto van had, en het leek mij een leuke afwisseling en een uitdaging. In gedachten nog bij haar, tussen haakjes een leuke jonge vrouw waar het plezierig mee omgaan was, was ik bijna aan de halte gekomen, toen er uit een zijstraat iemand op mij af stapte. Ik keek niet eens op van zijn traditionele boeddhistische kledij, kompleet met bedelnap. Maar, enkele passen van mij vandaan, sprak die man mij aan. Zijn onberispelijk Engels was perfect verstaanbaar, wat hij zei echter niet. “Meester,” zei hij, “ik zie dat u Verlicht bent. Mag ik in uw wijsheid delen?” Even was ik verbouwereerd, ik verwachtte dat hij de weg zou vragen ergens naar toe. Ik dacht niet na toen ik antwoordde, in mijn beste vermogen met de Engelse taal: “ik ben maar een eenvoudige mens, niet beter of slechter dan wie dan ook.” Zijn antwoord hierop verbaasde mij nog meer: “Meester, ik dank u voor uw wijze woorden, het zijn de eerste wijze woorden die ik in deze stad heb gehoord.” Hij maakte een buiging, en nam afscheid met “by your leave, Master.” En de tram reed mij juist voorbij… Ik ging dan maar te voet verder naar huis, met mijn gedachten bij die korte ontmoeting. Het was in zoverre juist dat ik regelmatig mediteerde, echter zonder dat ik daarbij mij concentreerde op de boeddhistische leer of levenswijze: dat was voor mij niet mogelijk, neen, eerder was het een manier om mijn onrustige geest even stil te zetten, mijn gedachten terug op het juiste pad te brengen om verder te kunnen gaan. Enkele weken later kwam ik uit de winkel van N, waar ik juist een contract had getekend om een aantal dingen te maken zoals juwelenbustes, Japanse karakters en wijnboxen. Het contract was interessant genoeg om een beetje moeite te doen: tenslotte had zij zelf gevraagd of ik in haar winkel enkele dingen wou verkopen! Zij was jong genoeg om mijn dochter te kunnen zijn (mooi genoeg om naar te kijken ook) en, langs het zesentwintigste knoopsgat, ook nog familie… Onderweg, opnieuw naar een tramhalte, passeerden mij, niet ongewoon in deze buurt, een paar fashionista’s en groene jongens. Aan het verkeerslicht stond ik te wachten toen er iemand mij aansprak. Deze jongeman was onberispelijk gekleed in een pak met hemd en das waaraan je kon zien dat geld geen rol speelde. Zijn huidskleur gaf aan dat hij van vreemde afkomst was, hij sprak mij dan ook aan in het Engels: “Meester”, zei hij, “Mag ik in uw wijsheid delen?” . Hij keek mij aan met een blik alsof hij een kind was, dat een snoepje beloofd was. Het antwoord dat ik hem gaf, waar ik enkele ogenblikken moest over denken, was het volgende: “Volg jij de Weg?” vroeg ik hem. “Jazeker, Meester.” “Waarom sta je dan stil?”. Dit antwoord was schijnbaar niet wat hij verwachtte, en mijn woorden moesten even doordringen. Mijn bedoeling met die woorden waren zowel letterlijk als figuurlijk, en die dubbele betekenis scheen hem even te verwarren. Het verkeerslicht sprong op groen en ik stak over. Ik keek even om, en zag dat hij een diepe buiging maakte op traditioneel boeddhistische wijze… Nooit had ik op zo’n korte tijd dit soort vreemde ontmoetingen gehad. Ik wist er geen raad mee: waarom spraken die twee mensen mij aan? En met die woorden? Het vreemde aan die ontmoetingen was ook dat ik totaal niet nagedacht had bij wat ik zei, alsof de woorden vanzelf kwamen. De ganse weg, op de tram en daarna te voet, bleven die toevalligheden mij in gedachten volgen. Ook thuis, toen ik mijn verhaal deed aan mijn vrouw, bleef er iets hangen. Zij begreep er ook niets van, maar wees mij er op dat ik de laatste tijd, sinds mijn brugpensioen, wel veranderd was, en iets uitstraalde dat, zei ze lachend, misschien wel “wijsheid” zou kunnen genoemd worden… Wie een verklaring kan geven voor deze waargebeurde feiten mag mij contacteren: soms is de werkelijkheid vreemder dan fantasie! Leo BJ

Leo Bonjean
8 0