wil je me fijn? wel goed.
dat verzoek volg ik. dors me dan,
maar laat me liever grof, met zemelen.
en kiemolie, dat maakt de deeg ranzig.
zuiver wit moet niet zo nodig.
bloem is voor banketbakkers
die samenzweren met tandartsen.
hijs me in de molen. ik geef me over
aan dat samenspel van stenen en wieken.
de vlegel reik ik je aan. doe me in een trommel
als het sneller moet. wil je me op? kneed me.
maar schuif me nog niet in de oven.
laat me eerst gisten. daar rijs ik goed van.