Diep in mezelf
zoek ik de weg
naar het eeuwige leven
in de hoop dat die tocht
mij niet bedelft.
Onderweg vraag ik me af
waarom ik leef in het ritme
van de hartslag van de man,
daarginds boven aan de top,
toen hij de steile berg beklom.
Waarom leef ik steeds in draf?
Na die lange steile klim
vond hij rust diep in zichzelf.
Het leven rondom hem en de kracht van de berg
voelden voor hem als een nieuw begin.
Nu ik hierboven sta
Voel ik de kracht van de berg door me stuwen.
Overtroffen door 't gevoel
dwaalt mijn blik vlug diep in de verte
't is waar ik zal zijn weldra.
Dan vervolg ik mijn weg,
weg van de berg
waar ik op sta
en verlies ik haar kracht
bij elke blik
weg van haar.
Dus 't is het verhaal van de vele vogels
in de lucht, niets in mijn hand.
Al ploeterend en al klimmend
kijk ik vlak voor mijn voeten in 't zand.
Maar 't genot zit hem in het voelen
in het stilstaan en in 't zicht op 't land.
Had ik het maar geweten want net dat maakt elke stap zo markant.