De slechtste dingen in het leven zijn gratis - Rookwolken

26 jan. 2019 · 61 keer gelezen · 1 keer geliket

Het verbergen van mijn rookgewoonte, is één van de lastigste dingen ooit te verbergen voor mijn vader. Zeker wanneer dat niet het enigste is wat ik verberg. Ik verberg veel dingen. Daar kom je later nog wel achter. Ik absorbeer geheimen. Niet enkel de mijne, maar die van iedereen rond me. Van de krassen op Luna’s arm, tot de verstopte alcohol flessen van mijn moeder.

 

En ik sluit ze allemaal op, die geheimen. Ik stop ze in een doos, of beter gezegd een kamer. Want een doos zou te klein zijn. Dus ik stop ze in een kamer en doe de deur op slot. Soms s’nachts als ik me alleen voel ga ik er eens binnen en rook een sigaretje of drie. Dan ben ik alleen met al die geheimen, weetjes die niemand anders weet behalve ik en hun scheppers. En terwijl ik de laatste peuk uitdruk, denk ik aan hoe graag ik zou willen dat ik nog een sigaret had. Nog een laatste nicotineshot voor ik weer binnenstap in een wereld waar ik niet echt wil zijn. Ik bedoel, dit leven valt nog wel mee hoor...Het is gewoon niets voor mij, en dat is het ook nooit geweest. En zal het nooit zijn, denk ik. Maar goed, ik adem, ik eet, ik wandel, ik ga naar de wc. Kortom ik leef, en ik zal het maar moeten doorstaan. Want veel kan ik er niet aan doen, oké zelfmoord is een idee. Maar geen optie. Zo ben ik niet, zo ver zou ik niet gaan.

 

Na dat ik de deur weer op slot draai, bevindt ik me weer op mijn zolderkamer. Als ik rond me kijk zie ik drie houten gelamineerde muren en één opvallende neongroene muur. Bij de groene muur hoort een vierkant raam. Er staat een krukje voor. Op dat krukje, zit ik. Rustig starend naar buiten. Ik kijk toe hoe de volle maan ons kleine tuintje verlicht en hoe de schommels meewiegen met de wind. Ik beeld me in hoe het vroeger was om te schommelen. Om de wind door mijn haren te voelen strijken, en zo hoog te schommelen dat ik de wolken bijna kon proeven. En dan realiseer ik me dat ik me nooit meer zo gelukkig zou kunnen voelen als jaren geleden.

Toen zorgen, pijn en verdriet nog onbekend voor me waren. Toen de wereld nog van mij was.

 

Ik sta op en loop naar de badkamer om wat water op mijn gezicht te spetteren. Dagdromen over vroeger heeft helemaal geen zin. Het leidt enkel tot teleurstelling. Teleurstellingen die ik had kunnen vermijden...

Het koele water verheldert mijn warrige hoofd voor even. Ik kijk op, in de spiegel, en zie een lijkbleek meisje terug staren. Haar make-up helemaal uitgelopen. Ik kijk hoe het water van haar gezicht afdruipt. Mijn gezicht. Mijn eens zo heldergroene ogen, zijn vervaagd tot een wazig onherkenbaar groen. Ik denk wel dat je kan zeggen dat ik zelf ook onherkenbaar ben geworden. Het wit van mijn ogen ziet vuurrood, het lijkt ontstoken.  Ik buig mijn hoofd zachtjes naar links en maak een dotje in mijn haar. Mijn sleutelbenen steken uit. Ben ik afgevallen? Het lijkt wel zo. Ik open het kastje rechts van me en neem er wat de-make up watjes uit. Na dat ik het laatste beetje zwart afveeg lijk ik niet meer op een mislukte wasbeer. Ik lijk meer op een geest. Nee dat ook niet. Ik lijk op niets. Ik lijk onzichtbaar.

 

Langzaam aan keer ik terug naar mijn kamer. Het enigste geluid in huis is het gesnurk van mijn vader en de gierende wind van buiten. Eenmaal op mijn kamer kijk ik op de klok. Het is half vier s’ochtends. Tijd om te gaan slapen. Ik steek mijn gsm in zijn lader en ga liggen. Ik sluit mijn ogen en hoop dat ik morgen nog kan doorstaan. Dat moet wel.

Geraakt door deze tekst? Maak het hartje rood of deel de woorden met je vrienden.

Zo geef je mee een stem aan de woorden van deze schrijver.

26 jan. 2019 · 61 keer gelezen · 1 keer geliket