Eerste hoofdstuk van het boek 'Dzing'. Een Chinees jongetjes in de jaren 1950 in Antwerpen (Rosse buurt)

30 okt. 2013 · 10 keer gelezen · 1 keer geliket

DZING, ongeveer 6 jaar. Laatste versie 8-02-14 /18-02-14

De regen geselt een kleine rillende gedaante. De riks lege gamellen van Chinese makelei, rammelen tegen zijn blote benen. Het regenwater druipt van zijn versleten zuidwester in zijn kraag. Zijn rug is doornat. Hij moet zich reppen anders zal er thuis wat voor hem opzitten. Hij is te lang bij zijn enig vriendje Jean-Pierre blijven hangen. Jean-Pierre’s moeder Helga is een van de prostituees uit de buurt. Helga met de blonde pruik had telefonisch kip met curry bij Dzing’s ouders besteld.

         Het gillen van sirenes dringt door merg en been. Het blauwe zwaailicht van een ziekenwagen schiet als een komeet uit haar baan. De banden gieren rakelings langs Dzing heen wanneer de chauffeur de bocht te kort neemt en het gevaarte over het voetpad raast. Politiewagens rijden met vier rode knipperlichten en het akelige noodgeluid naar de plaats van onheil. Direct daarna volgt, in razende snelheid, een brandweerauto. Door de heen en weer zwaaiende, aan kabels hangende straatlichten lijkt de auto bemand met skeletten en doodshoofden. Bliksemschichten projecteren toesnellende figuren uit de nabije straten. Dzing zet het op een lopen via het korte stuk van de Paulusplaats, waar het politiebureel zich bevindt, de St.Paulusstraat op. Hij glijdt uit over natte, tramrails die in het nachtelijke duister blinken als een achtbaan van de kermis. Langs de mastodont van het Tolhuis rent hij naar de Schelde, wringt zich tussen de door de menigte opgestoken paraplu’s.

         De regenschermen blinken zwart door de neer gutsende regen. Silhouetten van de samengeschoolde massa weerspiegelen zich in de vierkanten plaveien van de Scheldekaaien. Een van de gemeerde boten is hel verlicht. Matrozen in gele geoliede regenvesten wijzen naar een object in het inktzwarte water. Brandweerlui zijn in de weer met touwen en bootshaken. Een kikvorsman verschijnt aan het wateroppervlak. Begeleid door veraf klinkende misthoorns draait een kraan naar bakboord en wordt een motorrijtuig uit de rivier gehesen Op de kade spant de politie haastig een rood en wit gestreept lint. Door het diffuse licht lijkt daar de regen in stippellijnen neer te vallen. De toegelopen nieuwsgierigen worden achter de geïmproviseerde afspanning gedrongen. Dzing, intussen doordrenkt, huivert niet enkel van kou wanneer men tussen kade en schip een Harley Davidson optakelt.

Zijn hart gaat te keer als een losgeslagen boei. Aan de moto is een slappe gedaante vastgeketend.

Geraakt door deze tekst? Maak het hartje rood of deel de woorden met je vrienden.

Zo geef je mee een stem aan de woorden van deze schrijver.

30 okt. 2013 · 10 keer gelezen · 1 keer geliket