Pretentieuze rijkelui peuteren de hongersnood uit hun neus
Synchroon grijpen ze naar meer,
maar het is de manke stadsduif die profiteert
koert op de kap van hun oogkleppen
Een economisch belegde moraal
niet voldoende beschaafd
slaat spijkers in hun gezichtsveld
Maar het is de manke stadsduif die ziet
dat het door blauw bedekte grijs straks in duizendvoud op hun dak zal donderen
Prille liefde wordt steeds warmer in november
een appartementsblok zo duur en duister
zet het hart van een zwerver in lichterlaaie