F. Sansclair

Gebruikersnaam F. Sansclair

Teksten

Vooruitblik

‘Wie ben je?’, vroeg mijn spiegelbeeld. Niemand in het bijzonder, constateerde ik. Los zittende trui, halfhoge sandalen, haar in de war. Los, halfhoog, verward: niet iemand die ik nog wilde zijn in elk geval. Gisteren (dezelfde kleren, hetzelfde kapsel) was ik nochtans voorbij deze etalageruit van de Levis Jeans Store gepasseerd zonder mezelf op te merken. Gisteren: toen ik nog een vrouw was uit één stuk. Vandaag zag ik mezelf dubbel. Want ik zag niet alleen mijn spiegelbeeld, maar ook wat er aan de andere kant van het raam te zien was.  De andere kant:  stevige laarsjes, een afgemeten Levis 501, strak T-shirt. Stevig, afgemeten, strak: de vrouw die ik morgen kon zijn. En terwijl mijn ene oog zich richtte op die herziene versie van mezelf, bemerkte het andere hoe ik met een afwerend gebaar een ingebeeld pluisje van mijn trui wreef. Alsof ik wilde zeggen: ‘kijk, ik schud mijn oude ik alvast van me af’. Er was me zonet dan ook een vooruitblik op mezelf gegund.   Vooraleer ik het huis was uitgegaan, had ik in de badkamerspiegel (dwarse barst links van boven) nog veel langer naar mezelf gekeken. Dat was een soort van ritueel geworden ’s ochtends tijdens het tandenpoetsen. Ik kijk mezelf zolang mogelijk in de ogen tot ik een vreemde wordt. Al was ik er ooit met andere bedoelingen mee begonnen. Ik had namelijk bij de grote meesters gelezen dat de ogen de spiegel zijn van de ziel, en dus probeerde ik iets te ontdekken:  diepte, inzicht, het raadsel over mezelf. Zo kon ik daar wel even blijven staan, ook als dat tandenpoetsen al lang achter de rug was. Want een spiegel heeft geen achterkant, en dus zag ik niets: geen vergezicht, geen diepte, geen mogelijkheid. Het oog in de spiegel en het oog dat ernaar keek bleven twee.      Terwijl ik los door mezelf heen stond te kijken in de etalageruit van de Levis Jeans Store, overliep ik mijn opties. Optie één: de bekende route vervolgen. Die van gisteren, eergisteren en de dag voordien. Weliswaar ietwat onrustig, want verdubbeld en verdeeld. Optie twee: me naar de andere kant van het raam bewegen richting het nog-niet, het vooruitzicht, mijn zonet bijeen gefantaseerde nieuwe ik. In de tijd dat ik me inbeeldde hoe ik hier straks voor ditzelfde raam zou staan met mijn nieuwe zelf in een pakketje onder de arm gewikkeld, stopte het afwerende wrijven over mijn trui. Alsof er niks meer af te schudden viel, en ik eindelijk tot rust kwam. Rust: gedurende enkele seconden samenvallen met wat er aan de andere kant te zien was. In stapte op de deur af en ging binnen.    

F. Sansclair
0 0