kimwatte

Gebruikersnaam kimwatte

Teksten

Redenaarskunst in het salon

Weet u nog toen u bij mijn artikel genaamd dromenvanger ‘het openen van een onafhankelijke boekhandel’ zag verschijnen? Wel, ik heb het licht gezien. Eerder het lumineuze idee aangevat om de koe bij de horens te vatten en mijn idee scherp te stellen. Na alweer een paar illusies armer te zijn bij de zoektocht naar een aansluitende functie vermeerderd met het oneindige wachten op de uitkomst van de tergend trage selectieprocedures van wat hoegenaamd ‘wel eens de job van jouw leven zou kunnen zijn’, neem ik mijn verantwoordelijkheid op. Ik wens niet langer in mijn lot te berusten. Nee, ik ga de toekomst met opgeheven hoofd tegemoet: een concept in de broekzak en heel wat broedende ideeën in het achterhoofd. Ik behoor tot de generatie die in een vingerknip een concept de ondernemerswereld tracht binnen te loodsen. Steevast heb ik de neiging om mijn concept af te toetsen: terwijl je elke dag met verse bloemen en taarten dient uit te pakken, blijven boeken verder bloeien en weten mensen ze te smaken net zoals een citroentaartje.   Een onafhankelijke boekhandel – met nadruk op de term onafhankelijk – net zoals de doorsnee Confituur – boekhandel. Hetgeen me brengt tot ons bezoekje aan de eveneens onafhankelijke boekhandel Beatrijs te Oudenaarde. Eens we het boekenwalhalla betraden, voelde ik de onpersoonlijkheid naderen. Ik kreeg meteen de ingeving dat ik het helemaal anders zou aanpakken: in tegenstelling tot het volstouwen met boeken waar een kat haar jong niet meer kan terug vinden, zou ik me bij voorkeur beperken tot een grote sectie literatuur, een kleinere sectie thrillers, dan weer een grotere sectie filosofie en geschiedenis, … Het is vooral belangrijk dat je zelf de weg kunt wijzen. Dat jouw concept een inkijk biedt in jouw persoonlijkheid. Dat je de lezer kunt adviseren en indien gewenst, suggesties naar voren kunt brengen.   Fundamenteel aan een boekhandel is het voorzien van een leeshoek, waar mensen tot rust kunnen komen, zich even kunnen terug trekken in de wereld van een boek, ondertussen een koffietje slurpend  en/ of met vrienden van gedachten kunnen wisselen. Naast een leeshoek wil ik eveneens een schrijvershoek inrichten aangezien schrijven de ziel verruimt. De handeling draagt niet enkel een reflecterende waarde in zich maar ook een educatieve waarde. Het schrijfproces doet ons in eerste instantie nadenken over onderwerpen en laat ons vervolgens toe een opinie te creëren. De kracht die er van uitgaat, is hoe ironisch het moge klinken – onbeschrijfelijk. Het leidt je tot een wereld waar je kennis maakt met diepere regionen. Een verrijking voor de geest vindt plaats.   Mijn idealistisch beeld leidt tot het ontspruiten van een literatuur- en cultuurhuis waar lezers, schrijvers, kunstenaars, filosofen, kortom elke redenaar een plek moge vinden om niet uitsluitend het literaire maar ook het artistieke en het culturele te beleven. De creatie van een ontmoetingsplek waar de redenaarskunst ten volle tot zijn recht komt aan de zijde van een koffietje, aangevuld met heerlijke streekproducten. Zo’n plek zou ik alvast intens koesteren.   Mocht deze beschrijving nog geen belletje doen rinkelen, hier krijgt u de sleutel op een presenteerblaadje: het idee doet me wegdromen naar de salons van eind negentiende eeuw, begin twintigste eeuw waar kunstenaars, filosofen, schrijvers, redenaars, kortom verlichte geesten die de kunst van het leven trachtten te vatten, op gezette tijdstippen hun visies op tafel gooiden en elkaar trachtten te overreden met vele doorwinterde argumenten.   Ik ontwaak en lijk te beseffen dat de vervlogen tijden van de salons niet meer terug te vinden zijn. Ook niet in een moderne variant. Heimwee. ‘Hoe kun je heimwee hebben naar iets wat je nooit gekend hebt?’ zouden realisten me vragen. ‘Wel, zou ik hen prompt antwoorden, de overtuiging rust in de kracht van de beleving.   Net zoals diezelfde kracht van beleving me meevoert naar de uitwerking van dit concept. Hoezeer ik een literatuur- en cultuurhuis – in afgezwakte vorm een boekhandel – wens te realiseren, hoezeer ik het benauwd krijg van vervlogen tijden. Gevangen in deze tijdrekening maar overduidelijk een verschijning van de tijdsgeest van toen.

kimwatte
0 0

Gloed

Een opwelling van kunst en literatuur stuwt me dezer dagen voorwaarts. Terwijl mijn professionele bezigheden op een laag pitje vertoeven, kent mijn creatieve geest ongekende hoogtes. Er zijn dagen dat ik de prikkels voel stromen. Spontaan stroomt mijn gedachte naar de prachtige kunstwerken met roze gloed bij het bezichtigen van de tentoonstelling ‘Oer’. De roze gloed, waar te nemen op de werken van Leon De Smet (Roze Harmonie) en Rik Wouters (De roze laan), heeft me zo’n adembenemende indruk gegeven.   Al een maand voel ik dat deze roze gloed het onderwerp van een nieuw blogartikel zou worden. Alleen ik kon het niet vatten. Verscheidene pogingen hebben me uit mijn lood geslagen: wat schrijf je over deze roze gloed? Toch volharde ik om een ode aan de Latemse school te brengen. Ik was verbijsterd hoe zo’n deel van de schilderkunst jarenlang een zwarte vlek voor me kon blijven. Hoe komt het dat we steevast tijdens onze schooltijd de grote meesters uitgebreid inspecteren maar in het ongewisse blijven over een Vlaams geïnspireerd impressionisme? Ik denk aan het fantastische werk ‘Interieur’ van Leon De Smet of ‘De ijsvogels’ van Emile Claus. Nooit vergeet ik het avondlicht badend in een roze gloed, uiting gevend aan het illuminisme. Het boerse leven oogstrelend op doek gebracht. Jawel, Vlamingen zijn boeren. ‘Oh, wat leuk, ze hebben aan me gedacht!’Je zou haast het harde labeur van de stiel vergeten gezien de poëtische manier waarop het boerenleven in kaart wordt gebracht.   Daar tegenover, een meester waarvan het contrast niet groter kan zijn: het ijle vertolkt door Spilliaert. Onze gedachten dwalen maar het is niet zoals bij een kleurrijk werk of een veelzijdig werk waarbij onze ogen alle kanten uitrollen om zoveel mogelijk elementen te omvatten. Nee, hier dwalen ogen op zoek naar de dieperliggende betekenis. Die focus op de zwarte gloed in ‘De eenzaamheid’ waarbij de vrouw als een zwarte kraai wordt afgebeeld. Misschien symbolisch voor een slechte persoonlijkheid? Haar gezicht nors, eerder bedroefd. De pruillip en geknelde handen vormen opmerkelijke elementen: Zou deze vrouw zopas haar veto hebben gesteld?   We laten de duistere symboliek voor wat ze moge zijn en trekken naar Permeke. Ook hier kan met het schilderij ‘Het zwarte brood’ het contrast met de idyllische boerse taferelen niet groter zijn. Permeke geeft het ruwe weer van het landbouwleven, de vereenzelviging van de boer met zijn eenvoudig bestaan.   Geef me toch maar die kleurrijke gloed, als bij de taferelen van Rik Wouters. Ogen worden werkelijk aangezogen door de veelheid aan kleur. Verbouwereerd door de roze gloed als hierboven beschreven, valt ondanks de geweldige mengelmoes aan kleuren toch de harmonie en de ingetogenheid van zijn werk op. Binnenkort staat zijn retrospectieve op de agenda..

kimwatte
12 0