Milan Vandermeulen

Gebruikersnaam Milan Vandermeulen

Teksten

Nancy's A cup

het is in geen enkel opzicht te vatten hoe Urbanus, die ook luistert naar de naam Van Anus, het in de kleurrijke jaren 70 al wist. De wereld is om zeep. In de seventies ging je toch gewoon werken, reed je weer naar huis in een auto waarin je verdorie zelf het raampje naar beneden moest draaien, kwam je thuis in je niet geïsoleerde huis met enkele beglazing, draaide je de chauffage op stand 5 (het kostte toch niets) en spendeerde je vervolgens de rest van de avond aan het staren naar een lava lamp? Welke lapzwans durfde in dat decennium dan met dit soort aparte sinistere gedachten rondlopen? Want wees nu eerlijk, op een klepper van een oliecrisis, wat Palestijnen die dachten aanspraak te maken op 5 vliegtuigen, een uit de hand gelopen akkefietje op de Olympische spelen te München en een select groepje Republikeinen die hun grote droom om eens Democraten af te luisteren in vervulling zagen gaan na, was dit toch een vrolijke periode, waarin men al-joint-doorgevend door de aardbeienvelden huppelde?   Neen, beminde gewervelden, de heer Van Anus sloeg hier de nagel op de kop.   Ik weet dat ik veel van jullie vraag, maar ik zou het toch fijn vinden als jullie even meedoen. Sta recht want we springen zomaar even een 40- tal jaren verder. Wees tijdens de sprong voorzichtig in de buurt van de jaren ’80, geen hond die daar wil blijven plakken. Als alles goed is gegaan zetten we nu voet in het jaar 2014. We kijken even rond en we pikken enkele nieuwsberichten mee. Het ziet ernaar uit dat de mensen hier hun eigen problemen hebben. In ons kleine België zitten we met een relatief tot zeer rechtse regering, als we even de Noordzee doorzwemmen en richting Schotland navigeren moeten we goed opletten om niet tegen een separatist te botsen, in Rusland heeft onze kapoen Poetin tussen het berenrijden, mensenrechten schenden en stoer poseren met een zonnebril op door toch nog de tijd gevonden om een schiereilandje tot zich te nemen, en je raadt het nooit: conflict in het midden-Oosten. Het aantal monden die door dit laatste nieuwsbericht openvielen is volgens mij bescheiden. De wereld is ook vandaag nog een beetje als rondwandelen op een kermis om 3 uur ’s nachts: naar welke kant je ook kijkt, het enige dat je ziet is vuil. Komt het ons niet stilaan de oren uit?   Weet je wat ook onze oren zou kunnen uitkomen? Bloed. Omdat originaliteit me nooit prijzen heeft opgeleverd wil ook ik het even over deze epidemie hebben. In tegenstelling tot wat je zou kunnen vermoeden als je de naam “Ebola” uitspreekt, is deze ziekte op het eerste zicht niet zo fijn. Het zal misschien aan mij liggen, maar veel ambitie om met een Kleenex zakdoek het bloed uit m’n oren te peuteren koester ik niet. Kunnen we misschien eens proberen om ervoor te zorgen dat niemand dit ooit nog hoeft te doen? In plaats van onze capaciteiten te gebruiken om golftornooien op de maan te spelen, mensen vanuit de ruimte te laten parachutespringen of zorgen dat Nancy niet langer met haar beschamende cup A rond haar paal moet draaien, kunnen we misschien eerst proberen om mensen daadwerkelijk te helpen?   En dat brengt me terug bij het begin. De wereld is om zeep. Armoede, honger, oorlog, ziekte,… het is even oud als de mens zelf. De ironie van heel de affaire is nu net dat veel problemen op te lossen vallen. Ziektes kunnen genezen worden, honger kan vermeden worden, armoede kan verholpen worden. Er is genoeg geld op de wereld, maar het ligt in verkeerde handen. Zij die geld hebben spenderen het liever aan Nancy’s boezem of om hun tanden te witten om ze vervolgens met ridicuul prijzige sigaren weer naar de kloten te doen. Slaat nergens op toch? We zien dat de stront er ligt, we weten het en wij hebben wc papier. Toch gebruiken we het niet. Zolang we de stront zelf niet ruiken, stoort het niet. Pas wanneer het te laat is, en de metaforische ontlasting zich langzaam maar zeker naar het westen verspreidt, dan gebruiken we ons wc papier. Helaas rijkelijk te laat.

Milan Vandermeulen
0 1