Mogen zij die als goden gaan wonen
nog eenmaal neerkijken op ons aard
voordat de dag des oordeels kome
al is dat maar een loos gebaar
De engel fluisterde woorden
die geen mens begrijpen zou
maar ze klonken duizendmaal mooier
dan alle haat in onze taal
Het leger des heils komt ons halen
met zilveren trompetgeschal
alle schaapjes op het droge
hun laatste mars naar het heelal
Mogen zij die als helden gaan sterven
een laatste groet brengen aan ons hart
voordat de dag des oordeels kome
geldt dat vast als nieuwe start
De engel zong een wijsje
vervult van onverholen smart
tongen die het liedje hoorden
zwegen terstond uit alle macht
De laatste tijd nadert met rasse schreden
een nakend einde aan een droom
die al eeuwenlang aansleepte
sinds die ene hap uit de boom
de boom… van het leven