Tip van de week

Tip van de week: Celia Ledoux

Celia Ledoux schrijft teksten voor toneel, brengt monologen en literaire performances en schrijft columns. Ze koos voor Er waren geen wolven meer van Christine V.

"Een kortverhaal is een vloek. Je schrijft wellicht nog niet lang en wil in dat korte stukje alles proppen dat in je hoofd opborrelt. Je moet elk eindje aan elk ander vastknopen, wat veel metier vereist - en voor velen een hoop wringen. Je gebruikt wellicht te veel woorden en komt een aantal essentiële te kort. Dan hebben we het nog niet over de spanningsboog die ergens beginnen en eindigen moet, over gebruik van tijd of eenheid van stijl, over personages, openingszin, slot enzovoort.

Al die vereisten en meer vervult naar mijn gevoel Christine wanneer ze haar ontmoeting met een wolf beschrijft in Er waren geen wolven meer. Ze kent haar gereedschapskist en timmert met kunde. Schrijf vooral verder en meer, als dat je zint.

Fijn stuk, genietend lezen. 
Toch wil ik er een ander stuk tegenover stellen.

 Message in a bottle is compleet andere koek. Geen afgewogen ingrediënten, maar losse pols. Geen zorgvuldig geproefde kruiden, maar een scheef gemikt stuk chocola en voor de lol nog een scheut rum (die je je als bakker berouwt, want prompt zakt je hele baksel in, en die zurige nasmaak zag je ook niet komen).

Ovlijee: jij schrijft geen zorgvuldig lege constructies waar in Corbusierschoonheid de wind doorheen waait en het landschap prachtig bij afsteekt. Dit is een onafgewerkt zwalpend wrak van een verhaal dat nog minstens drie keer gepolijst en herschreven moet. De verleden tijd moet heden, het verhaal is even incoherent als de storm waarin het speelt, er wordt met woorden gekoketteerd die weinig toevoegen en waarvan minstens de heft geschrapt mag. We begrijpen je ook met twee adjectieven in plaats van vier. Er wordt driest en onzorgvuldig geschreven. Het verhaal eindigt nauwelijks ergens, en begint nauwelijks duidelijker. Het is eerder een scène dan een verhaal. Het laat gaten, maar is tegelijk te expliciet: dat je helden antihelden zijn merken we zelf wel, kauw dat alsjeblieft niet voor. De eerste zin: 'Daar waren ze weer, op die oneindige, meedogenloze ploert'. Bedoel je echt de zee? "Weer"? Je publiek komt pas kijken.

En toch. Het potentieel valt niet te ontkennen. Het heeft fantasie - een rat als hoofdrolspeler, en passant vernoemd. Het heeft branie en vreemde slapstickhumor - scheve Kalashnikovs? Zeeolifanten? Hier en daar een geniale inval tussen de regels door: het "soort" zeemannen die aan de zee nooit wennen; met dat soort kleine tussenwerpsels baken je een wereld af. Een knul die zich al kotsend bedenkt: zat ik maar in Lissabon - wat een antiheldentragiek (maar noem het vooral niet expliciet zo).

Verder kan iedereen die Kierkegaard leest én vervolgens met hem de draak steekt als anonieme levenslesschrijver aan een stel zieke matrozen, op mijn sympathie rekenen. Volgens mij heeft Ovlijee (dat pseudoniem gaat recensenten doen vloeken) ook lol al schrijvend, een niet te onderschatten extraatje als je schrijver wil blíjven.

Dit heeft niets met Christines werk te maken. Het wordt nooit stil, het wordt nooit leeg, het wordt nooit kort of doorzichtig. Dit is vaudeville en exces, extremiteit in wording. Geen van beide genres zijn minderwaardig, en hoe je schrijft heb je wellicht zelf niet te kiezen.

Message in a bottle is een compleet onaf stukje werk, dat *nog* niet goed leest. Maar het kàn geweldig worden, en het toont een hoofd dat extreem, fantasievol, gretig schrijft.
Na vier herwerkingen wil ik dit stukje nog wel eens lezen. Of een ander, van dezelfde auteur. Het is er nog niet, maar het kan groots worden."

Gepubliceerd op

30 jul 2014