je zet eerste stapjes in verse sneeuw
wankel als een man op de maan
hoe je met rode kaakjes wolkjes ademt
en onvervaard een sprongetje waagt
zes keer vallen, zeven keer opstaan
toen is nu en toch weer niet
het natte gras ligt er verlaten bij
hoelang duurt het wachten
op een winter die nooit meer komt
ik hark je lachjes bij elkaar
terwijl je ergens verstoppertje speelt
voel ik plots hoe jouw hand
in de mijne glijdt, me zachtjes knijpt
je bent nooit echt weggegaan