Restanten van uitgedoofd vuur
hopen zich op in haarden,
geblust door gebrek aan energie,
tot nachtelijke merries geworden
ondanks dagelijks terugkerend licht
van vergeten veulens.
Heersers hebben niets meer te verliezen
in hun tweede ambtstermijn:
democratisch worden zij toch niet meer herkozen.
Altijd verloren ergens tussen
doodgewoon genoegen en dodelijk verderf,
vergrijsd in loopbanen van moord
en genocide bevelen
in landen waar Allah aanwezig is,
door God verlaten.
Ooit zullen hun assen worden uitgestrooid:
het zal minder warmte opleveren
dan vuur die zij ontketenden.
Goden proberen een zin bij elkaar te puzzelen
waar profeten te kort schoten.