Ik kan alleen maar hopen
Zolang ik mij herinneren kan, stel ik mijzelf de vraag.
Omdat het zo werd opgedragen? Dat antwoord is zo vaag.
Wat als ik iets bedenken kan? Hoe ik het liever wil.
Maar tegen beter weten in, houd ik het toch maar stil.
Ergens diep in mijn gedachten, sterft dan het idee.
Mijn levenslust en hoop, die sterven langzaam mee.
Waarom zou ik genoegen nemen? Met dit stil verdriet?
Omdat ik niet begrijpen kan, hoe jij de dingen ziet?
Moet ik dan maar mijzelf verraden? Zodat jij trost kan wezen?
Omdat jij niet het inzicht hebt? Om mij beter te lezen?
Moet ik dan maar toneeltje spelen? Niet mijzelf kunnen zijn?
Omdat het jou gelukkig maakt? Mijn innerlijke pijn?
Een vraag die ik niet hoef te stellen, kan jij het mij vergeven?
Dat ik het zelf in handen neem, waarvoor dat ik wil leven.
En wat ik ook wil wezen, de richting die ik neem.
Ik kies voor mijn geluk, dat is heus niet extreem.
Ik hoop dat jij begrijpen kan, dat alles wat ik ben.
Ontstaan is uit een liefde, waarin ik mijzelf erken.
Dat het mij gelukkig maakt, mijn eigen pad doorlopen.
Of jij dat respecteren wil, kan ik alleen maar hopen.