Marthe Van Loy

Gebruikersnaam Marthe Van Loy

Teksten

Het is oké

Zucht. Het radionieuws vertelt me barslechte coronacijfers. Mijn blik naar buiten vertelt me barslecht weer. Hele diepe zucht. Ik had vanochtend nog niet in mijn verse croissant gebeten of ik wenste vurig dat de dag al voorbij was. Op naar morgen. Of doe maar ineens volgende week. Voor mijn part maken we een tijdsprong naar 25 oktober 2021. Maar helaas: we kregen zelfs nog een extra uur cadeau. Isn’t it ironic, denkt niet alleen Alanis Morissette.  Dipjes moeten er zijn: niemands leven is elke seconde van elke dag een knallende goednieuwsshow. Ups en downs, zoals ze dat zeggen. Na regen komt zonneschijn (behalve vandaag dan). Alles komt goed. Maar het wordt potverdekke moeilijk om dat te geloven. Jezelf oppeppen in crisistijden is geen simpele opdracht. ‘Stoeme corona’ werd zowaar mijn stopwoordje.  Na een halve dag probeer ik mezelf bijeen te rapen. Want ik ben geen artiest die pas na een half jaar voor amper 200 mensen mag optreden – laat staan een artiest die in grote producties staat en nog steeds niet mag spelen. Ik ben ook geen horeca-uitbater die haar laatste reserves in overkapping en terrasverwarmers heeft geïnvesteerd, om nu opnieuw de deuren dicht te doen. En niemand van de 10.737 mensen die sinds maart hun leven verloren aan het coronavirus, ken ik persoonlijk. Jep, laat dat getal maar even doordringen. Komaan Marthe, praat ik op mezelf in. Want ik ben geen zorgverlener, huisarts of laborant die al maanden tegen de klok en tegen de druk werkt. Ik ben ook geen risicopatiënt die zelfs in de luttele weken dat het beter ging uit angst in haar kot bleef. En geen enkele dag heb ik me zorgen moeten maken over mijn job, mijn spaarrekening of mijn thuissituatie. Geen enkele dag was ik helemaal alleen. Dingen die tegenwoordig niet zo evident zijn - en dat is een understatement.  Droevig wordt stilaan dankbaar. Want ik hoef als student geen keuze te maken tussen mijn studentenstad of mijn thuis om de hele dag naar lessen op een scherm te staren. Ik zie ook mijn communie, trouwfeest, proclamatie, stage of eender welke mijlpaal niet in het water vallen. En ik moet niet als leidster in het jeugdwerk oneindig creatief zijn om alternatieve activiteiten te organiseren en mijn leden ondanks alles toch te laten spelen. De cijfers zijn nog even slecht, het weer nog even druilerig. Ik probeer me voor te stellen hoe diep de dipjes moeten zijn van de mensen die wel in al die schuitjes zitten, probeer me te bedenken hoe zij zich nog oppeppen. Ik zou hen allemaal een kaartje willen sturen dat alles goed komt. Dat het de moeite is om uit die put te kruipen. Dat 25 oktober 2021 er sneller zal zijn dan we denken. Als het mocht, promoveerde ik ze allemaal tot knuffelcontact.  Het is oké om jezelf even slecht te voelen, ook als dat alleen om iets banaals als een lege agenda is. Stoeme corona. Blèt dan eens goed, ventileer. Om daarna je zelf bijeen te rapen en er toch gewoon het beste van te maken die dag. Kijk ook rond. Mensen vallen in dipjes als herfstblaadjes op de natte grond. Laat elkaar niet liggen. Wees lief, hou het veilig. Alles komt goed.

Marthe Van Loy
11 1

100 dagen, 1 lockdown en 20 lessen later

Flashback naar exact 100 dagen geleden. Sommigen sliepen hun roes uit nog dromend van de lege vaten net voor middernacht, anderen konden enkel piekeren over de lege dagen die zouden komen. Het was zaterdag 14 maart, en het land ging op slot. Het is een cliché zo groot als de fanbase van Marc Van Ranst, maar uit een crisis kan je leren. En sharing is caring: zie hier 20 lessen waar ik het virus bijna dankbaar voor ben. Bíjna. Eén. Ik ben zo verwend. Thuis wonen, vanuit dat huis kunnen blijven verder werken, natuur rond dat huis om in uit te blazen. Als ik dan denk aan anderen die om te blèten zoveel pech hebben, besef ik hoe simpel geluk eigenlijk is. Melig but true. Twee. De evolutie van ons taalgebruik is werkelijk niet bij te houden. De naam van een virus was plotsklaps ook een tijdperk en een soort almachtig wezen.Amai, zo stom, verjaren tijdens de corona!We vieren dat nog hè, als het weer mag van corona!Ja ja, na de corona!(Durft iemand nog een Corona Extra te bestellen, trouwens?) Drie. Op amper een kilometer van mijn huis ligt er een bos. Een bos waar ik sinds 23 jaar nog nooit geweest was. Op de zoveelste coronazondag, tijdens de zoveelste coronawandeling, plots een ingeving: “Dat padje, waar komt dat eigenlijk uit?”. In het paradijs, zo blijkt. Vier. Ik hoef mijn haar eigenlijk niet zo vaak te wassen. Nu ik niet meer elke ochtend puur uit gewoonte in de douche stond, kwam ik tot de vaststelling dat die coupe best wel twee dagen kon overleven. Drie als mijn hoofd er echt zin in heeft. Langer slapen, kleiner shampoobudget: win-win. Vijf. Skypen is verschrikkelijk. Zes. Dingen die zwaar onderschat worden: de hele zorgsector, de impact van eenzaamheid in elke generatie, de armoede in ons land. Hey overheid, doe er iets aan! Zeven. Langetermijndenken is een ding. Al dat 'het-gaat-nooit-meer-hetzelfde-zijn' en 'dit-komt-nooit-meer-goed' is zo vermoeiend. Denk eens verder dan volgende week. En daarbij: hoeft die veel te drukke massasamenleving in exact dezelfde vorm terug te komen? Acht. Mondmaskers zijn ontiegelijk warm op de trein, maar nu kan ik tenminste geeuwen zonder dat de hele wagon kan raden wat ik gegeten heb. Negen. Hoe druk maken wij ons eigen leven en hoe goed voelt het om ’s ochtends op te staan en niks te moeten? Tien. Ik kom zo'n 185 keer per dag aan mijn gezicht. Gemiddeld. Elf. Ik kreeg altijd al de kriebels van het woord ‘bubbels’ als alternatief voor eender welk sprankelend aperitief en vind het nu helemaal een afschuwelijk woord. Twaalf. Asociaal zijn is su-per goed voor de portemonnee. Dertien. Op gezinsweekend gaan in je eigen kot is een aanrader. Een uitgebreid ontbijt fabriceren, een fietstocht uitstippelen, lekker eten afhalen – en in uw eigen bed liggen, waar uiteindelijk niets tegenop kan. Mopjes zijn een pluspunt: "Vergeet uw valies niet te maken hè, morgen zijn we weg!" Veertien. Ik besteedde te veel tijd aan zielloze tv-programma’s en doelloos scrollen op Instagram. Eindelijk prioriteiten gesteld: 100 dagen, 1 lockdown en 10 boeken later. Vijftien. Je verjaardag op verschillende dagen en met verschillende mensen vieren, is niet overdreven. Niet buitenkomen en niemand zien tenzij in de verte op de oprit, is gewoon kei triest. De plannen voor mijn birthday full option in 2021 zijn al in de maak. Zestien. Voor iedereen goed willen doen, is ijdele hoop. Hoewel ik geloof dat de meeste mensen diep vanbinnen deugen, lijkt iedereen zichzelf toch de belangrijkste persoon op aarde te vinden. Bij elke maatregel voelt wel iémand zich in zijn ziel gekrenkt. Haal dat wit laken dan ook maar van uw gevel – als je respect hebt voor de zorgverleners, mekker je niet over een tweede verblijf of het dragen van een mondmasker. Zeventien. Unpopular opinion: ik was geen online shopper en zal er nooit een worden. Achttien. Als ik voor één ding bang ben, is het dat een van mijn lieve moekes iets overkomt. Altijd al, maar nu verpletterde het risico mijn hart een beetje. Mannekes, blijf uw verstand gebruiken voor die schitterende grijze generatie. Negentien. Goed nadenken voor je kinderen op de wereld zet, want mogelijk zit je daar dus ooit wekenlang non-stop mee in je kot. Twintig. Leef alsof het je laatste dag is. Leef alsof morgen de lockdown begint.

Marthe Van Loy
6 0

Meer magie, minder Tinder

Overweldigend en pijnlijk. Tegelijk het schoonste wat er is. Je kan er van leven. ’s Nachts houdt ze u wakker en overdag doet ze u dromen. Kippenvel en zweetdruppels. Helder denken wordt plots een opgave, toch kan je heel de wereld aan. Oké, genoeg clichés ertegenaan gegooid. Je voelt hem zeker al aankomen. Ik kroop even in mijn pen over de liefde. Zoals inspiratie voor een blogpost je te binnen schiet, zo overvalt de liefde je ook. Op eender welk moment van de dag, zomaar. Of je daar nu zin in hebt of niet. Of je daar nu tijd voor hebt of niet. Of je daar nu klaar voor bent of niet. Daar is ze dan . Zo gaat dat althans bij mij altijd. En daarin blijk ik verschrikkelijk ouderwets. Op liefdesvlak voel ik me paard en kar op het autosalon. Traag, saai en volledig achterhaald. Blijkbaar moet alles – zo ook de liefde – altijd maar sneller gaan. Anno 2020 hebben we nu eenmaal geen tijd en nog minder geduld. Exit eindeloos wachten op de ware. Entrance datingapps. Veel sneller dus, die apps, en naar ’t schijnt ook effectiever. Je boetseert de liefde namelijk gewoon helemaal zelf. Hoe ver de liefde woont, hoe oud de liefde is, hoe knap de liefde eruit ziet. Vink maar aan en stel maar in. Ben ik de enige voor wie dat een aartsmoeilijke opdracht lijkt? Ik bedoel, keuzes zijn de duivel. Ik doe er een kwartier over om te bedenken wat ik tussen mijn boterhammen wil en van examens met meerkeuzevragen krijg ik koude rillingen. Laat mij toch niet zelf bepalen op wie ik verliefd zou willen worden. Hoe kan ik nu inschatten in welke straal de liefde zich moet bevinden? Misschien is mijn ware Jacob wel een ware Juan of een ware Jean. En hoe weet je op voorhand of je de liefde sympathiek gaat vinden? Of grappig? Sorry, maar als de liefde mij niet kan doen lachen, kan het mij nog bitter weinig schelen of zijn haar goed ligt en wat zijn hobby’s zijn. En misschien heb je een hekel aan voetbal, maar wilt dat dan zeggen dat je elke voetballer meteen in de vuilnisbak moet swipen? En dan heb ik het nog niet over de vuile algoritmes die mijn zoektocht ongetwijfeld willen doen mislukken.  Oké, met een app zoals Tinder komt je  minder voor verrassingen te staan. Maar laat ook net dat mijn probleem zijn. Ik houd wel van verrassingen. Het beste aan de liefde is de onvoorspelbaarheid. Als een cadeautje met vijftien lagen inpakpapier dat je laag per laag uitpakt. Een adventskalender waar je elke dag een ander snoepje uit mag nemen. Ik wil de liefde ontdekken, niet kiezen. En heel eerlijk: ik wil aan mijn kinderen een tof verhaal vertellen als zij vragen hoe mama en papa elkaar hebben leren kennen. "Goh, wel, we pasten in elkaars instellingen, vonden elkaar wel knap en toen waren we een match", hoort niet thuis in die categorie. Liefde op de eerste swipe is dus niets voor mij. En ook al doet de samenleving soms alsof single zijn een ziekte is, ik kan u verzekeren dat ik zo gezond als een visje ben. Wie van al die andere visjes in de zee de mijne wordt, zal ik dan ooit wel zien. Je mag mij van de oude stempel, naïef en dromerig noemen. Ik zou het zelfs een compliment vinden. Als ik over de liefde al niet meer kinderlijk mag fantaseren, waarover dan nog wel. Doe mij maar vonken, vlinders, toevalligheden, spanning, blikken, spontaniteit.  Meer magie, minder Tinder. 

Marthe Van Loy
33 0

Tweeëntwintigtwijfels

Zo'n maand vooraleer ik een 3 achter de 2 zet en mijn kaarsjes nu officieel niet meer op één taart zullen passen, bedenk ik mij dat mijn 22e levensjaar er niet zomaar eentje uit de zovelen was. Meer nog, vanaf nu zijn 1, 12, 18 en 20 jaar volledig overroepen mijlpalen. Want nooit had ik echt het gevoel dat ik op een kantelpunt in mijn leven stond,ook al deed iedereen een beetje alsof dat wel zo was. (Lees: "Nu begint het hè!")  Lariekoek en apekool. 22 zijn, dat is pas een scharniermoment in uw bestaan.(Bijna) afstuderen en denken: wat nu?!Ineens staan er dan keuzes en verantwoordelijkheden voor uw deur, die plots ook effectief iets te betekenen hebben. Ge kunt u voorstellen hoe ik, die de keuze van een middelbare studierichting al heftig vond, me voelde toen ik moest beslissen wat ik met mijn leven zou aanvangen nu ik een echtentechtig diploma had.  ​Overal en altijd fluisterden de tweeëntwintigtwijfels in mijn oren:  Nu al werken? Zou ge niets bijstuderen? Het is nu de moment hè. Een educatieve master of een postgraduaat of een half jaar hier of een ma-na-ma daar. Of ga toch maar zo snel mogelijk werken. Uiteindelijk, het leven is duur en dan kan je goed beginnen sparen. En ervaring opdoen, want ze vragen overal ervaring.Hoewel, ge moet ook nog zo’n eeuwigheid werken, zou ge niet eerst een grote reis maken? Vrijwilligerswerk in ver heel ver van hier? Een sabbatjaar? Allez, het is maar een suggestie hè. Ge zijt nog jong, ge moet nog zoveel van de wereld zien.Natuurlijk, een sabbatjaar gaat zichzelf niet betalen. Misschien toch eerst een job zoeken?Ge kunt dan wel niet meer op kot gaan hè. Het schoon leven is afgelopen dan.Gaat ge terug thuis wonen? Want ja, dat gaat aanpassen zijn hoor. Ge gaat veel vrijheid moeten opgeven, denk eraan. En gaat ge werk vinden in de buurt? Want pendelen naar de Kempen is pendelen naar het hol van Pluto, ho ho. Denk er dan maar niet aan om 's avonds nog iets leuks te doen. Ge kunt uw eigen stekje zoeken, in een centrumstad of zo.Seg en nog geen lief gevonden? Want alleen is wel maar alleen, hè. En de huurprijzen zijn niet min, dus kosten delen zou wel ideaal zijn. Cohousing is een idee, ah maar uw vriendinnen studeren nog zeker? Als ge nu kiest voor dit, kunt ge wel niet meer terug naar dat. Bla bla geld, bla bla werk, bla bla studeren, bla bla ge zijt nog zo jong.  Zo tetterden de tweeëntwintigtwijfels maandenlang de oren van mijn hoofd.Ge maakt een keuze, ge denkt: is dit de juiste? Ge kijkt eens rond naar leeftijdsgenoten en wordt knettergek. Want 22-jarige X is bezig aan zijn tweede master, 22-jarige Y met het uitgeven van zijn tweede loon. Terwijl 22-jarige A van plan is zijn vriendin ten huwelijk te vragen, baalt 22-jarige B van de vijfde mislukte Tinderdate. En 22-jarige P heeft net een bouwgrond gekocht, waarnaast 22-jarige Q incheckt bij Hotel Mama. Soit. Geen identiteitscrisis zo groot als die van een tweeëntwintigjarige. Maar tegelijkertijd ook niets zo spannend als niet weten wie ge binnen vijf maanden bent.De nieuwsgierigheid naar wat er op me af gaat komen, wordt stilaan groter dan de angst over wat ik misschien allemaal aan me voorbij laat gaan. Op het nippertje heb ik de tweeëntwintigtwijfels dus mooi de mond gesnoerd. Laat de drieëntwintigdruk maar komen. 

Marthe Van Loy
15 0