Ergens op aarde klinkt een fluistering,
Een roeping naar thuis.
Verdwaalde zielen, zoekend naar elkaar.
Als een boom in het woud.
Ik reik naar jouw aanwezigheid, mijn wortels reizen door de grond.
Langs lagen van tijd,
door eeuwen van stilte,
draag ik de echo van jouw naam
in elke vezel van mijn bestaan.
Sterren herinneren zich onze ogen,
de wind kent onze stem.
In dromen zweven de zonnestralen over je huid,
als ochtendmist over heide en steen.
We hebben elkaar duizenden keren verloren,
en even vaak weer hervonden.
In elke blik, elk gebaar,
ligt een herinnering diep verbonden.
De aarde bewaart ons verhaal,
in zandkorrels, in druppels regen.
Dus als ik je aanraak in dit leven,
Herinner mij dan.
Al die 5000 jaren, waren geen toeval gebleken
En die fluisteren:
‘’Ik ben je nooit echt vergeten.’’
