Fossilisatie
Soms kan iets neerdalen, als roestige rolluiken van ons geheugen.Ik heb ze ooit zien wenen als een huilerige, uitgehongerde boekenkast. Toen ik een matroos was van de tijd, op kreukelende golven, gemaakt van papieren paradigma’s. De toon was toen overmoed, rug aan rug met een natte golf die me op bewonderenswaardige wijze vragen stelde. Vragen over mijn morgen of eergisteren. Of de weg die doodliep naar een steeg.
Woorden kunnen ook hongerig zijn, wist je dat? Weet je dat? Nee, dat is onmogelijk.
Zoals dat kleine beest dat in een maatpak magazines verkoopt aan blinde bomen. De sluipdief van de vooravond, wanneer de sterren de tafels voorzien voor de eerste lichting ketende gasten.Het gespuis werd onderricht door zijn baas. Een man met een doctoraat in de paleontologie die schilderijen verkoopt van levende wezens en gefossiliseerde grootmoeders, zorgvuldig verzameld vanwege hun wit besneeuwde, intact gebleven gebit.Waarop ze bidden tot de roestige rolluiken om in strijd te gaan met hun geheugenverlies. Ze dragen die verlorenheid in hun schelpachtige oorbellen die klinken als echt kristal. Authentiek als ware aard van het kleine beest.
We moeten hiervoor niet ver springen, niet onmetelijk en torenhoge kelders uitgraven. We kunnen ook beginnen. Of starten. Verder lezen in onze ongeletterde valkuil van de essentie, die ons meeneemt naar de ballosmitto van een volkskermis.
Zijn wij dié mens die rolluikgewijs zinkt tussen de straatverlichting en de binnenhuis gevestigde duisternis? We horen brillen denken dat ze gehoord worden door stemmetjes die al fluisterend cijfers tellen om te meten hoe vluchtig kleine Josefien haar huiswerk verloor.
Onder de waakzame ogen van de met geheugenverlies geteisterde rolluiken kreeg ze nablijven. Als straf voor haar nalatigheid en nonchalante jurk. Die ze, op maat van de behangmuziek, als een enveloppe dichtvouwt om het podium vervroegd af te sluiten voor onsmakelijke reclame.