Ik houd van mijn taal, het Nederlands. Geen taal ter wereld zo beeldend. Als ik aan mijn favoriete woord paddestoel denk, denk ik aan een pad op tocht door het bos die de kramp in de benen niet meer kan verkroppen en zich een eerste beste zitgelegenheid zoekt in de vorm van een fungoïde. Een wetenschappelijkere ontstaansgeschiedenis aan de hand van het woordenboek maakt niet veel wijzer. Het Nederlands etymologisch woordenboek heeft qua accuratesse iets van het Belgisch weerbericht. We denken dat het zo en zo is gegaan, maar de werkelijkheid kan wel eens heel anders zijn. Kiest u maar de optie die het beste bij U past, zoekt U het zelf maar uit of kijk eens door het raam. De geschiedenis van het Nederlands is met andere woorden een raadselachtig sprookje.
Ik houd van mijn taal, het Nederlands. Geen taal ter wereld zo democratisch. Het kleinste kind kan zich verstaanbaar maken, geen grammaticale mechanicakennis nodig. Ik herinner me uitspraken van mijn broer als kleuter. Nog nooit over een tafellaken gehoord sprak hij al over een lakentafel. Of het kind van een verre kennis dat een vrouwelijke bouwvakker een vakvrouw noemde. Nederlandse woorden verzinnen, het is makkelijker dan de Billy boekenkast van Ikea bijeensprokkelen.
Vandaag blader ik door het boekje La fabrique des mots van Erik Orsenna. Een hebbedingetje van 140 pagina's, zoals er op de Franse markt wel meer verschijnen. Stationslectuur te koop voor een habbekrats, maar dan met dat ietsje meer dan de doorsnee Harlequin. In het hoofdstukje Où l'on décevra forcément ceux qui espéraient gagner beaucoup d'argent avec les mots vraagt Johann la maîtresse of dat als je een woord uitvindt dat je er dan ook de eigenaar ervan bent.
- Natuurlijk niet, antwoordt de lerares.
- Van wie zijn woorden dan?, vraagt Johann.
- Woorden zijn van iedereen.
- Kan je er dan geen geld mee verdienen, ook niet als ze héél intelligent of grappig zijn en als ze elke dag door miljoenen en miljoenen mensen gebruikt worden?
- Nee, ook dan niet.
- Waarom zou ik dan de moeite doen?
- Voor de trots, de eer. De juf verwoordt het;
Quand tu invite un mot, tu éclaires ce qui était dans le noir. Tu précises ce qui était confus. Tu sépares ce qui était mélangé. Tu fais naître quelque chose qui n'éxistait pas.
Ik kan geen mooiere eer verzinnen.
Laatst in de les InDesign sprak de hippe grafische guru over een ultieme toepassing van het programma. Een lettertype ontwerpen, dat door het programma zelf laten erkennen om zo te kunnen delen in de opbrengst van de licentie van jouw nieuwe font.
Dit moest even bezinken... Geld verdienen met letters te ontwerpen zonder dat ze woorden vormen... Alsof je een Michelinster wint voor het ei en niet voor het omelet... Wat kun je in godsnaam met een rauw ei, wat kan je met letters? qsbmk gobodzba m?!?
Look en feel zijn flauwe begrippen als het over literatuur gaat. Om over de sfeer en gezelligheid van een omelet nog maar te zwijgen.
Ik denk aan schip en lading. Ik denk aan vorm en inhoud. Ik denk aan licentie en eer. Misschien is het wel een eer om elke dag Nederlands te mogen spreken. Zeker is het een eer om in het Nederlands te mogen schrijven, te mogen bricoleren en chipoteren met woorden en zinnen om zo uiteindelijk mijn duistere boodschap het licht te gunnen. Bof ik even dat ik voorlopig voor dat mooie Nederlands nog geen licentiegeld hoef te betalen.