De vraag is wat jij níet bent voor mij
Hij zei
jij bent
het vlugge blauw van het wolkengat op een herfstdag
als belofte van groen, wit, rood, fucking geel zelfs
en nooit meer grijs
en ook nog de stilte van een zucht op een veel te luid feest
als rust tussen teveel en teveel en teveel
al ben jij echt nog veel meer
en, voor ik het vergeet
het moment dat ik het donshaar voel
en niet weet of ik kan zeggen dat de kus er al is
OF nog net niet (dan is hij op z’n best).
Het beste moment is even,
jij bent even altijd.
Zij zei Wow, cool.
Hij zei yep.