Decembertranen komen maar niet
ze lijken gevangen achter bevroren wimpers
Decembertranen komen maar niet
ze absorberen pijn
en liefde
Novemberregen blijft vallen
maar decembertranen komen maar niet
ze worden ongeduldig,
wachtend op diegene die hen zal breken
in duizenden schitteringen
en dan plots, geheel onverwacht,
dwarrelen ze,
op het vriespunt van hun kracht,
als kristallijne sterren uit de donkere nacht
Bevroren tranen komen
met duizenden verlichten ze de duisternis,
weldra verenigen ze zich
in een zacht winterbed,
waar kinderen zorgeloos spelen
waar engelen onbevreesd wonen
waar kwetsuren ongemerkt helen
Het was nooit zo stil
zo vredig
en dan,
nog sneller dan gekomen,
verdwijnen ijssterren bij het ontdooien,
en proef je enkel nog hun zilte smaak,
als druppels oceaan
die door jou heen vloeien
en hun weg naar buiten banen
Decembertranen,
val maar
