Deze ochtend waait de wind uit andere richting.
De zon verwarmt mijn huid,
droogt mijn tranen. Met mijn blik
op oneindig fluistert de tuin rondom mij,
ik luister.
Wat de kale takken me vertellen,
over hoe alles terug groen wordt,
het leven zich uiteindelijk altijd anders
herhaalt.
En dat dat iets iets is om dankbaar voor te zijn.
Vind jezelf opnieuw uit, kneed je romp
uit een homp deeg, je hoofd het zwaartepunt.
Je gedachten mogen nooit te veel wegen
of je breekt.
Thuis trek ik de staande klok op
tot een nieuw jaar, tiktak,
het geluid van vertrouwdheid, de rust
tussen twee tellen verzekerd.
We wandelen de weg
langs koeien en gerooide maïs,
her en der verdwaalde kolven,
vochtig stro onder zoekende zolen.
En dan praten we, eindelijk
leggen we onze ziel bloot
in het prille zonlicht en we zien
dat het goed is.
Deze ochtend waait de wind uit andere richting,
zeg ik
en je knikt.