Wazig doorwinter je het pad
minutieuze dauwdruppels dalen neer in jouw bubbel
de vorst kraakt verscheurd,
het pad slaakt zompige kreten
onder jouw zware tred
gehuld in moedeloze stappers die
doelloos de tijd verdrijven en zoeken
naar een streepje zon aan de horizon
die nu door een nevelkluwen
onzichtbaar is, maar weldra
heel dichtbij zijn zal.