Of ik wist welk weer er voor morgen was voorspeld, vroeg hij me vanop het dak van onze garage. Geen regen, hoopte hij, want hij moest naar een Porsche treffen, en zou de rest van de dag spenderen aan het opboenen van zijn wagen. En dan mocht daar geen druppel meer op vallen, ah nee.
Ik keek vanop de oprit, fiets aan de hand, naar hem op en riep dat het er niet slecht uitzag, volgens Sabine. Zijn hoofd werd omkaderd door een treiterige donkergrijze regenwolk en ik hoopte dat hij me snel zou laten gaan, want ik wist hoe graag hij babbelt. Over zijn Porsche vaak. Of zijn vakanties naar tropische oorden. Of een lastige klant die steeds weer eist dat zijn ramen worden gelapt op het tijdstip waarop hèm dat het beste uitkomt en tegen wie hij geen franke mond durft opzetten want die klant heeft een gigàntische villa vol ramen (en ik vermoed dat hij onmisbaar is voor de Porsche en de vakanties).
Ik hum dan wat tussen zijn zinnen door, steeds met een dringende voet op het pedaal en een stijf wordende nek.
Want de vorige keer, zo riep hij naar beneden, bij het vorige Porsche treffen, had hij zo'n geluk gehad met het weer. Een paar droge dagen tussen de buien in. Toen hij enkele dagen ervoor plotsklaps zijn rijbewijs was 'kwijtgeraakt', had hij zich even de haren uit het hoofd gerukt, maar goed, zijn vrouw zou hem dan wel naar dat treffen rijden, en oef en zo.
Dus: mooi weer die dag, een blakende zon die het bijna onmogelijk maakte om naar zijn zorgvuldig opgeblonken Porsche te kijken, hij fier op de bijrijdersstoel, rijdt zijn vrouw toch wel door een grote plas langs de kant van de weg, zeker!
'Maar bloemeke, wat doè je nu!', riep hij tegen haar. Want ja, modderspatten kan je niet zomaar van de lak vegen, dat maakt krassen. Maar gelukkig ziet hij zijn bloemeke graag en kon de rit zonder ruzie worden verdergezet.
Ik keek ongerust naar de steeds groter wordende wolk boven zijn enthousiaste kop, liet mijn fiets een metertje bollen en verzamelde lucht in mijn longen om mijn kans om iets ten afscheid te zeggen zeker niet te missen.
Ik voorzag pessimistisch dat hij bij mijn terugkeer van de bakker onze ramen in een stortbuitje zou staan lappen.
Zolang het morgen maar droog zou blijven. Dat alle regen er vandaag maar uitviel.
Geraakt door deze tekst? Maak het hartje rood of deel de woorden met je vrienden.
Zo geef je mee een stem aan de woorden van deze schrijver.