Je nam onze zorgen op je frêle schouders
en gaf er ons je laatste stuk brood voor in de plaats.
Je nam onze druppels tranen
en veranderde ze in levend water.
's Avonds las je ons verhalen
uit dikke boeken van vreemde plaatsen
en hoopte dat morgen zou komen later.
Niks van waarde wilde je nemen
alleen maar geven...
En wij namen
zonder ook maar dank je te prevelen.