Zo lang de weg naar Sparta,
zo ver onze heldendaden, vergeten
de zwaarden en dat ze ons Troje
van donkerzeese vloed vrijwaarden
Wij
hielden stand bij wit krijsend water
waagden het leven in golvend gevecht
verzetten bergen
vanop hun toppen vlogen wij
zand ving ons buitelende bloed, blies
wonden schoon, likte blessures
Toen
Op een terrasje,
de wereld een ander speelveld nu
van al te echte slagen en verwondingen
sprankelen doet alleen de wijn
maar ooit een dag heel gauw
beloven we zullen wij
weer helmgraswuivende goden zijn