Liefde in coronatijd
Loes: Oma, wil je het verhaal over jou en opa nog eens vertellen alsjeblieft?
Oma: Tuurlijk lieverdje! Zoals je wel weet zijn opa en ik al lang samen, maar achter onze relatie schuilt wel een leuk verhaal. Opa en ik zaten beiden in het vijfde middelbaar, we hebben elkaar leren kennen door gemeenschappelijke vrienden. Stiekem hadden we beiden wel interesse in elkaar maar durfden we dat niet onmiddellijk toe te geven. We hebben dan ook een half jaar lang rond elkaar gefladderd, maar zowel opa als ik durfden de eerste stap niet te zetten. Toen we eindelijk wel de moed hadden gevonden om onze gevoelens voor elkaar uit te spreken hebben we onze relatie dan ook ‘officieel gemaakt’. De eerste maand zaten we alle twee op een roze wolk, we waren graag bij elkaar en deden veel dingen samen. Ik moet toegeven Loesje, ik voelde de vlindertjes zo in mijn buik echt rond fladderen. Maar jammer genoeg werden we snel van die roze wolk getrokken. Het coronavirus gooide roet in ons liefdesverhaal, Doordat de situatie zodanig escaleerde had België besloten om zijn grenzen te sluiten voor de buurlanden.
En zoals je weet Loesje, woonde opa vroeger in Nederland. Dit wilt dus zeggen dat we elkaar niet meer konden zien. Je opa en ik waren echt met stomheid geslagen. We beseften zelf nog niet helemaal goed wat dit voor ons zou betekenen, maar we wisten wel dat we een oplossing moesten bedenken om elkaar toch te kunnen blijven zien. Je opa is dan ook verschillende keren met de auto langs de Maasbrug in Maaseik gereden. Maar tevergeefs, keer op keer stond er politie te controleren. Je moest een zekere verklaring kunnen voorleggen waarom je als Belg nu zo dringend naar Nederland moest of omgekeerd. Natuurlijk hadden wij geen ‘geldige’ verklaring. Ook had de gemeente van Maaseik alle kleine grenswegen laten blokkeren met containers of enorme grote betonnen blokken. Ook dit was dus al geen optie meer. Ik volgde elke dag het nieuws en hield de berichten van de burgemeester van Maaseik nauwlettend in de gaten. In de hoop dat er gecommuniceerd zou worden over de grenzen, maar ook hier stuitte ik keer op keer op een teleurstelling.
Opa en ik hadden dan ook maar besloten om eventjes af te wachten en gewoon in contact te blijven met elkaar via onze gsm. We belden dan ook elke avond met elkaar, dit hielp me wel om de quarantaine door te komen. Het was natuurlijk niet leuk dat we elkaar fysiek niet konden zien, maar in het begin was ik al blij dat we wel nog konden praten met elkaar. Maar na enkele weken begon ik toch te hunkeren naar een knuffel van opa, ik wou hem gewoon zo graag zien en kunnen vastpakken. Ik wou mijn bezorgdheid met hem kunnen delen over de situatie, ik had gewoon iemand nodig die me zei dat alles goed zou komen. Ik maakte me de voorbijen weken dan ook zorgen over “wat als de grenzen niet meer open gaan?”, “wat als corona nooit meer verdwijnt en we onze dierbaren nooit nog kunnen zien of knuffelen?”. Want Loesje mijn kind, je moet niet vergeten dat we ons toen in een quarantaine bevonden: De enige mensen waar ik toen contact mee mocht hebben waren mijn ouders. Mijn oma en opa kon ik gedurende een maand niet bezoeken, net zoals de rest van mijn familie. Ook had ik mijn vrienden al sinds de school sloot niet meer gezien. En dat sociaal isolement begon er toch hard in te hakken.
Gelukkig, kreeg ik op 18 april goed nieuws, de burgemeester van Maaseik had in een facebook post vermeld dat het vanaf nu een essentiële verplaatsing zou zijn wanneer je je lief in het buitenland wou bezoeken. Ik was zo blij en opgelucht tegelijkertijd, dat ik je opa meteen alles heb verteld. Hij had namelijk geen facebook account, dus hij had het goede nieuws nog niet vernomen. De dag na de mededeling wou opa me dan ook graag komen bezoeken, maar het voelde wel nog een beetje onwennig allemaal. De grens oversteken voelde nu als iets illegaals. Er stond nog steeds politie bij de Maasbrug en opa moest dan ook uitleggen waarom hij zo nodig naar België moest. Hij legde dan ook met een bang stemmetje uit dat hij vernomen had dat je lief bezoeken vanaf nu gezien werd als een essentiële verplaatsing. De politie stelde hem daarna wat vragen zoals “hoelang zijn jullie al samen?” en “waar woont je vriendin?”. Nadat hij keurig geantwoord had op de vragen mocht hij van de politie doorrijden. Toen hij bij mij thuis aankwam was het dan ook een blij weerzien. Sindsdien probeerden we elkaar elke week weer te zien.
Loes: Als je er nu over terugdenkt, vond je het dan een stomme periode?
Oma: kijk Loesje, een quarantaine is helemaal niet leuk. Het sociaal isolement valt na een tijd zwaar. Het liefst wil je je dierbaren gewoon kunnen omhelzen, maar ik wist ook dat dit in de situatie waarin we zaten niet mogelijk was. We moesten zoveel mogelijk afstand houden van iedereen en ons sociaal leven was zo goed als onbestaand. Ik vond het dan ook helemaal niet leuk dat ik je opa niet meer kon zien. Zeker niet omdat onze relatie nog zo pril was en omdat ik liefst nog een tijd langer op die roze wolk wou blijven verder zweven. Ik snapte de beslissing van de overheid om de grenzen tijdelijk te sluiten dan ook wel, ze probeerde enkel voor een stagnatie of daling in de coronacurve te zorgen. En als ik nu zo terug denk over deze tijd denk ik dat het misschien nog goed is geweest voor ons. De generatie waar opa en ik in zijn opgegroeid was een generatie die vaak niet lang samen blijf met hun partner. Al snel was het ‘interessante’ er van af. Maar doordat je opa en ik elkaar niet zo vaak hebben kunnen zien werd die interesse juist geprikkeld.