Alle kinderen van de klas
geven met hun vinger aan
welke zin ze aan het lezen zijn.
Alleen jij wijst waar ik je mag kussen,
eerst op je linkerwang, dan op je rechterwang.
Je vraagt of ik je mond wil voorlezen
en ik aarzel omwille van
twee jaar geleden
toen ik op school het verschil niet kende
tussen doorlopend en doodlopend
wanneer de leerkracht me vroeg
om doorlopend de tekst te lezen
en ik trefzeker stopte aan het eind van elke zin.