Ik hou ervan je stiekem te bestuderen.
Je lijkt klaar voor de winter, rond en stevig, met onschuldige rimpeltjes, stille getuigen van een leven in de schijnwerpers.
Ik ga op zoek naar een opening in het omhulsel, met mijn nagel schend ik het schild dat je zorgvuldig hebt opgetrokken. Ik ontmantel je, eerst neem ik je drang naar perfectie weg, daarna je doorzichtige pogingen om in de smaak te vallen.
Je capituleert,
eindelijk proef ik je angsten,
je dromen.