Gevlochten riet verbergt een schat
van glanzend metaal en zijige kleuren,
van ijverige naalden, vol ongeduld wachtend
op nylon of wol, op prikken en glijden
als zilveren speren door gillende stof.
De wrede schaar houdt scherp de wacht,
steeds klaar om wijdbeens aan te vallen,
hongerend naar zacht fluweel en zijde .
Het mandje, oud en veelgebruikt,
wat rafelig aan de randen,
een slotje dat niet sluiten wil
maar toch gekoesterd van moeder op dochter.
Van uren liefdevol turen .