Ze is van niemand en van iedereen
Nergens anders voel ik me zo thuis
De wind krult mijn haren met haar kracht
en sust mijn geest met haar geruis
Nergens anders is de zonsondergang zo prachtig
en de zonsopgang zo lintbebouwing-lelijk
In de verte vervaagt een meeuw met de grijsblauwe lucht
Van ver zijn die kutbeesten nog begeerlijk
Met de wereld aan mijn voeten
neemt een golf mijn voetafdrukken mee
Nergens anders kan ik zo goed ademhalen
Ik ben een kind van de zee