onderlicht 3. de badkamer.

IT
18 mrt. 2014 · 0 keer gelezen · 0 keer geliket

dat ging zo goed, een dikke maand, met meer dan 31 dagen dus, dagen van melkman maar dan bier gebracht, dagen van af en toe taartje bezorgd door mevrouw Gordijn zoals ze kwam te heten, dagen van douchen en haar, aan't raam voorbijgefietst, gerinkeld gezien. dagen van goed en niet te veel nagedacht, gewoon voorbijgegaan, geacclimatiseerd.

wie zegt dat verdringen niet werkt, en op dat moment was het Tsjeu natuurlijk niet langer gegund dat te geloven, er moest iets tegen gaan steken, hij wist het, en de winter zou hem niet tegenspreken. 

de badkamer kroop in kou verborgen weg, als een land dat dreef naar polen, zuid of noord, nog niet besloten, als't maar ijzig van wind was. de tegels in hun witte reinheid, reflecteerden Tsjeu's zinkend gemoed, het scheren stak hem tegen, de kwast  haar haren verstijfden en het mes lag lichtjes bloed te wenen. in al zijn ontblootheid om van proper zeker te zijn, durfde hij nauwelijks iets te raken, zijn tenen leken meters uit te rekken en op het kleinste raakvlak te balanceren, toch kroop de kou hem in de botten. de wasbak trilde uit sympathie mee met zijn klapperende tanden die probeerden, smeekten, haal ergens warmte vandaan, het plastic douchegordijn kleefde als een platvis aan zijn lijf als hij in de douche stapte, water liep in sputterende druppels over hem heen, niet langer dan 10 minuten voor hagelstenen door de waterleiding ratelden, hun weg vonden en Tsjeu bekogelden. dan snel snel de handdoek en elke porie drogen, snel, zijn kleren aan. 

't waren zijn haren die hem bleven herinneren aan de kou, als ze onregelmatig druppels dropten in zijn nek achter zijn kraag, zo zat hij voor de open haard waar hout het vuur bijeen sprokkelde om als as achter te laten, om de haverklap opgeschrokken, verdomde druppels. en toen blafte zijn mond, snuifde zijn neus en beet de ziekte hem in't vel. 't zou nu niet lang meer duren, dacht Tsjeu nog wel hooguit ... maar hij durfde er geen aantal dagen op plakken, ziek en serieus werd hij wel, geplaagd door koorts en geesten 1, 2, 3, en de 4de was zij die wachtte, Marlies of zoals Tsjeu haar noemde Marley.

Geraakt door deze tekst? Maak het hartje rood of deel de woorden met je vrienden.

Zo geef je mee een stem aan de woorden van deze schrijver.

IT
18 mrt. 2014 · 0 keer gelezen · 0 keer geliket