Waar ben je toch gebleven?
Zomaar,
verdwenen...
Ik ben famile van de lijster.
Geen toeval!
Ik zing als een nachtegaal.
Geen toeval!
'k Ben maar een gewone vogel uit de tuin.
Ben ik goed gemutst,
zing ik heel de avond door.
Vol enthousiasme en plezier.
Mijn liedjes weergalmen door al de achtertuinen
van de mensen.
Verwonderd zijn ze niet meer!
Mijn ontbijt bestaat uit wormen, bessen....
zelfs havermout staat op mijn menu.
Een geutje water om mijn dorst te lessen.
Wordt het winter vertrek ik onmiddellijk naar het zuiden.
Zo kan ik nog best genieten van de laatste zonnestralen.