in het midden van mijn reis
wijs je naar een geheim luik
ik open het en neem de keldertrap
in de diepte dool ik langs de Styx
een riool voor zondaars
Cerberus bijt de vraatzuchtigen
in een smeulend graf kermen de ketters
hebzuchtigen worden aan een schatkist geketend
huichelaars dragen loden pijen met een glans
Atilla de Hun wordt intraveneus verdoofd
Judas hangt, door muggen omzwermd
als lokaas in zijn boom
waar Lucifer klem zit in ijs
kijk ik god in de ogen, hij pleit me vrij
ik neem de trap en vervolg mijn reis