Route 77
Bij elke ergernisopstoot keek Joan opzij. Van een lifter vroeg zij alleen maar een verhaal. Ze leende graag feiten en gedachten. Als tijdelijke schokbreker.
David noemde hij zich. Geen zinnig woord kwam er nog uit. Al van toen hij moeizaam was ingestapt hing hij half uit het raam. Helaas maar half, schoot het nu door haar hoofd. Bijna een uur lang zag ze in de cabine alleen dat verrimpelde onderdeel, waar ze totaal geen behoefte aan had. En de hele tijd neuriede die David hetzelfde brokje. Geraakte dat dan niet helemaal uitgebraakt? Het was nauwelijks meer dan ritmisch gonzen richting maan. En dan nog in zo'n warrig taaltje. Qu'est-ce que c'est fa fa fa fa fa fa fa fa fa far better Run run run run run run run away Qu'est-ce que c'est fa fa fa fa fa fa fa fa fa far better Run run run run run run run away Qu'est-ce que c'est fa fa fa fa fa fa fa fa fa far better Run run run run run run run away Qu'est-ce que c'est fa fa fa fa fa fa fa fa fa far better Run run run run run run run away.
Voor ze vertrok had ze gesakkerd dat de radio en de CB niet hersteld waren. Nu kon ze er wel stevig om vloeken. Ja, dat kon ze. Met janken was ze definitief gestopt toen haar laatste pakje sigaretten leeg was. Tien dagen na de crash waarbij zij haar vader verloor. In zijn vrachtwagen, in zijn spoor reed zij. Zijn foto hing nu op haar plaats aan het dashboard.
Ze schudde de foto en het gonzen uit haar gedachten.
De tik tegen zijn schouder was harder dan ze bedoeld had. Het achterhoofd van David maakte een doffe smak tegen de camion toen hij recht schrok. Dan toch niet zo hol, glimlachte ze binnensmonds.
Waar wil je naartoe, vroeg ze verontschuldigend. En geen flauwe plezante antwoord, dat je een leven lang hebt gedroomd van 's nachts door het raam van een zware vrachtwagen te hangen, deed ze grappig streng. Hij wreef over zijn kalende kruin. Greep dan naar zijn snor en zijn tanden. Vals of echt. Het antwoord was een wrang mompelen. Over lucht nodig. En over niet met een jonge vrouw in zo'n kleine ruimte.
Met meer levervlek dan handen voor zijn ogen klonk zijn stem krachtig. Zijn oom was de beeldhouwer Gutzon Borglum. David wou naar South Dakota, naar The Needles. Naar de granieten kop van Abraham Lincoln.
Uit zijn gerafelde ransel haalde hij een goed onderhouden steenbeitel. Hij toonde haar de initialen: G.B. stond in het heft.
Het oude hakijzer gleed zenuwachtig van zijn linker naar zijn krampachtige rechterhand.
Joan voelde zich klam aan het stuur plakken.
Ook een grote vrachtwagen heeft maar een kleine cabine.