Klievend door gevaarlijke golven
houdt hij moeizaam stand
met bevende handen
aan het roer
in woest en woelig water
glijden koud en kil
dromen als zand
door zijn hand
het roer als enige houvast
in een onmetelijke
zee van verdriet
tot de veilige kust hem
een uitgestoken hand reikt
en hij aarzelend
de touwen van leed en pijn
wat kan lossen
Aan de horizon
komt onzeker en wankel
een kleine droom aangewaaid.