Wanneer ik morgen doodga
mijn krakend rimpelvel ten ruste leg
word ik
als gelig stof in de woestijn,
meegedragen
in de zandkoffer van
de wind - die rusteloze nomade -.
Opdwarrelend in kolkend spel van stuivend stof
schuur ik
in wonderlijk fladderspel
de veren van de vogels.
Raken vleugels de zon.
Mijn blik raakt korrelig de aarde
en een stukje hemel.
Ilse Francq (– 011)