Titel nadien gekozen

GG
2 jun 2016 · 0 keer gelezen · 0 keer geliket

Na drie, nee toch vijf afleveringen van Aqua Teen Hunger Force val ik in slaap. Op mijn buik met de idee dat ik dan een fitnessoefening doe en ik misschien ooit wakker word met het door iedereen gewilde Six pack.

 

Ik droomde, nachtmerriede of had een realistisch accuraat visioen. In ieder geval was de vijf minuutjes durende droom, genoeg om me om 7 uur achter mijn laptop te zetten om alles voor de eerste keer deftig neer te typen. En Fuck Jou Marco Borsato niemand buiten zwaar mentaal gehandicapten mogen jou. De droom ging over de liefde, een liefdes tafereel dat zich vaak afspeelde in mijn dagdagelijks leven. Een angsthazerige liefdestafereel. De confrontatie niet aan durven gaan ondanks je grote idealen omdat je toch voor het oppervlakkige polygame gevrij wilt kiezen. Ik bevond mij in een internaat met een feestzaal. Een soort van slecht aangeklede prom.

 

Er was geen muziek, wel veel volk. Veel gezeik over alles en niets. Alles niets. Ik voelde dat er iets niet klopte, de liefde die ik voordien had gekend zwierf niet meer rond maar stond standvastig ongeïnteresseerder naar mij te luisteren. Al hield ze het gesprek met de traditionele ja-knikjes, de verplichte glimlachjes maar in gang om te wachten op mijn initiatief om naar buiten te gaan. Weg uit de danszaal waar er wel beweging was, maar dansen niet echt lukte. We ontvluchtte de stilte, want muziek kan ik me niet herinneren. Geen top 40 plaatjes met afwisselend een slow, geen harde noten die je gehoor onnodig beschadigen maar wel zo hard moeten staan omdat de muziek zo adembenemend slecht is dat ze het van de decibels moeten hebben en niet van de kwaliteit.

 

We gaan het gangencomplex in van wat ik denk dat een internaat is. Jaren ’70 inrichting, al is mijn architecturale kennis niet zo groot. Ik wachtte tot zij iets zei. En wachtte maar kon me niets herinneren. Ze moest iets gezegd hebben, we moesten ergens hebben gezeten. Want staan kon in niet meer, er waren te veel beladen woorden. Mijn virtuele blaas begon signalen naar mijn hersenen door te sturen. Ik moest dringend. Terwijl ik zelfs in het onbewuste al bewust was dat het een excuus was. Net voor ik waarheden ging zeggen, maar de waarheden me bang maakte. Mijn zieke getwiste gevoelens als gal over haar prachtige verschijning te spuwen. Lafbekkend verzon ik de smoes dat ik moest gaan plassen.

 

Een groot rechthoekig toiletcomplex omringd door ziekenhuisvloeren met meerdere ingangen en gedecoreerd met lichtdonker hout, jaren ’70 hout. Ik ga de mannentoiletten binnen die ik herken aan de urinoirs en ik ga staan aan de middelste zeikbak. Ik plas niet, maar pak mijn gsm. En lees een bericht. Afzender: de liefde die mij twee jaar wakker heeft proberen te houden. Er staat: Jef ik heb een videoboodschap doorgestuurd met daarin te zeggen wat ik wilde zeggen, check Facebook.  Zonder al te veel twijfel klik ik Messenger open. En zie ik inderdaad Eén ongelezen bericht. Een videoboodschap. Nog een klik en dan komen de seconden die alles bepalend zullen zijn voor de rest van mijn leven, ongeacht de keren dat ik op herhalen duw. Klik. De boodschap wordt verticaal afgespeeld op het volledige scherm. Ze zit op een zetel, met een afgebladderde gelige muur, ik ken de ruimte die door mijn fantasie is samengesteld niet. Niet de zetel, de muur alleen maar de vrouw, de alleszeggend jongedame die mij haar pleidooi gaat voordragen. Wat er exact gezegd wordt in haar zoete vrouwenstem kan ik me niet herinneren. De kern van de monoloog wel. Ze wou me niet meer zien. Ze had eindelijk genoeg gehad van mijn aanlengend getwijfel. Ze wou een antwoord en kreeg dat niet en kwam daarom er zelf maar mee voor de nacht. Ze wou me niet meer zien, haar ziel en lichaam niet meer voorbehouden voor mijn handen. Maar voor een vetzak van een andere vent. Voor de volgende groter geschapen kwal. Ze keek niet meer bedroefd als voorheen maar zelfzeker, recht in de camera. Ik besefte dat ik al die tijd het loodje had gelegd niet zij. Het waren meerdere zinnen, maar enkel die ene bleef me bij. Ik wil je niet meer zien. Een reden had ik niet nodig, de boodschap was genoeg.

 

Ik stap de mannentoiletten uit, ga de gang naar links en bedenk me op de hoek van de gang dat ik haar een bericht terug moet sturen. Een gestructureerd bericht met punten van kritiek die ik had op het filmpje. Ten eerste wie hield de camera vast. Was het haar beste vriendin, die ene doos die oudere mannen en hun edele delen verslond alsof ze een pornoster was en nu al lachend amateuristisch de camera bediende. Dat zou geen probleem gevormd hebben maar dan mocht ze ook niet haar ongenoegen uitspreken over mijn uitlatingen, mijn zat gelal op café, tegen mijn beste vrienden dan nog wel. Waarom via een videoboodschap, zeg het dan toch tegen mij, in mijn gezicht. Een derde kon ik mij niet herinneren, maar was er wel. Ik was ondertussen al naar rechts afgeslagen en een deuropening ingegaan. Ik moest weeral niet plassen, het middelste minst gebruikte urinoir, had een grotere taak dan de gele druppels opvangen. Mij bedwingen, het lukte hem niet. Ik pakte mijn gsm…

 

Ik werd wakker, ik wou nog niet wakker worden. Mijn wekker van mijn gsm was afgegaan. Getril met een afschuwelijke ringtone onthielden mij van de laatste letter, het laatste woord en van een zin geen spraken. Dit moet het zijn, de trigger om haar te bellen. Iets te doen. Schrijven werd het.  Stiekem hoop ik dat zei mij belt. Zij mij zegt hoeveel ze van me houdt. Ongezouten liefde daar snak ik na.

 

Maar ik ben haar kwijt.

 

Geraakt door deze tekst? Maak het hartje rood of deel de woorden met je vrienden.

Zo geef je mee een stem aan de woorden van deze schrijver.

GG
2 jun 2016 · 0 keer gelezen · 0 keer geliket