“Carentan transport”, lees ik op de zeilen van een vrachtwagen die ik inhaal op de autoweg. Ik moet meteen aan quarantaine denken. Het zou fijn zijn als hij de quarantaine exporteert naar een verre bestemming, een bestemming ver van mijn bed. Maar wie zit daar nu in Gods naam op te wachten? Laat staan dat je ‘r een bestelt. “Gemeengoed” zou op de vrachtbrief staan, door iedereen gekend en iets minder bemind. De quarantaine is nu een internationale hit, maar een met een ferme bijklank. Door iedereen even geliefd als gehaat, even begrepen als verwenst, die dezelfde verwachting als minachting kent. Kortom, een vrachtwagen met een lading die nergens welkom is. Bij thuiskomst heb ik de firma gegoogled: ze is gevestigd in Normandië. Ik koester al plannen, om na de quarantaine, de firma te bezoeken. Maar ook het wandtapijt van Bayeux, van Hastings in feite, en de parachute van Sainte -Mère- Eglise. Maar liefst van al zou ik gaan wandelen op de stranden, zonder dat stukje parachute voor mijn mond. Carentan transport…..ze brengt me in vervoering.
Geraakt door deze tekst? Maak het hartje rood of deel de woorden met je vrienden.
Zo geef je mee een stem aan de woorden van deze schrijver.