Onze droefenis die nooit onaf is
rust op een hartvormig kussen
in onze wiegende armen.
Onze droefenis die ons verbindt
is geborduurd op onze zakdoeken
met opgedraagde tranen.
Onze droefenis wordt omringd
door de miniveertjes
die jij soms stuurt.
Onze droefenis smaakt
naar een roze suikerspin
als er een ster uit de hemel valt.
Onze droefenis zoekt een begaanbaar
pad met verse voetsporen
in onze warme binnenwereld.