vingers rijven
door het koele water
in het spoor dat de zeilboot achterliet
de andere hand omhelst het kistje
de wind streelt je wang
zou ze naar je kijken
vanachter de wolken
een streep zon valt op het bewerkte hout
je glimlacht
stof stuift weg
naar de overkant
vogels en vissen
zien tranen waaien