Ze was als de zee
Wanneer je er langzaam inliep
Voelde ze zacht en verkoelend aan
Maar schijn bedriegt
Wanneer ze ineens met haar hoge golven kwam
En ze je meeslokte in haar donkere diepte
Echter tegelijkertijd
Hoorde je haar ruissen
Het tragische huilen van de wind
Want hoe hard ze ook probeerde
Ze kwam nooit voorbij de duinen
Ze is nu de zee
Het lukte niet meer om landinwaarts te golven
Ze was moe en haar geduld was op
Na zoveel dagen aan het water
Was zij het, die verdronk
- M.