Er zaten 4 matrozen Op een o zo groene jacht. Ze zaten daar te kaarten tot er iemand lacht
Hij kon zich niet bedwingen, het ging gelijk vanzelf. Nu moest hij het wel zingen van ''t begin tot in de helft. Hij kon zich niet meer houden zat bovenop zen kruk, hij zat zich te bedrinken, maar zen glaasje dat viel stuk.
Dat ging hem zuur bekomen, hij keek weer naar zichzelf, nu zou hij haar vermoorden, steeds tot in de helft.
Haar lichaam viel eraf, haar benen gingen lopen, het ging gelijk vanzelf, nu lag hij daar verzopen.
pauline