het kabbelende beekje
van woorden die je nu nog zachtjes zegt
het woord is nu aan de stiltes daartussen
je zoekend kijken , waarvan wij niet weten waarnaar
alsof je met je ogen vragen stelt
als in een stripverhaal zonder tekstballon
ontbreekt het vraagteken zelf
je laat ook ons de antwoorden vergeten
jouw om de haverklap veranderende blikken
we gaan ervan uit dat ze je spontaan ontglippen
de rust waarmee je mijn hand vasthoudt
is die van jou die mij bezoekt
want woorden die er echt toe doen
die zijn al lang en vaak gezegd
en luisteren kan ook zonder vragen
bij "waar" hoort niet altijd een "om"
je neemt ons mee in een mysterie
want iedereen komt ooit terecht
met al onze mooie herinneringen
krijgen we elkaar oogluikend
en berustend
alles gezegd