een bruid in de morgen
huid, en haar opwaaiende zomer-
jurken, de heerlijkheid
van Julia, het parfum
het verboden rijk, brede heupen
- tussen tuin en wereld - nooit meer
slapen de ondraaglijke
lichtheid van het bestaan in de avond
een hoorn ;
het woeden der gehele wereld
pik in, zei de rat
wat zijn mij wolken nog, en wegen
spoken
souffleurs van de duivel, het vuur
der zinnen?
het laatste bed als op de eerste dag
geritsel van papier ;
een heel klein scheepje, een nacht
om te vliegeren, prinses
van de wind, reis naar
het einde van de nacht
het laatste anker
scherven zwijghout
- de schipbreukeling -
het dwaalspoor blauwziek
fantoompijn
het eigen oor ;
wat overblijft is het verlangen
de avonden