28/05: ‘Monologue intérieur’ van Pieter Van der Schoot
Chris Van Camp is een veelzijdig auteur. Ze schrijft (en schreef) scherpe columns over cultuur en maatschappelijke issues voor De Stem, Sociaalnet, Apache, Klara, Knack en De Morgen. Het meest houdt ze van het produceren van theaterteksten, monologen die schavend de ziel blootleggen. Comedy teksten zijn een uitstekende remedie tegen depressie. Haar autobiografische boeken ‘De kus van Dabrowski’ en het psychologische naslagwerk ‘Crash Baby Crash’ getuigen van haar persoonlijke groei. De beste schrijfschool vindt ze copywriting, het haalt alle overbodige barok van je schrijfstijl en maakt je pen tot een doeltreffend precisie wapen.
Chris Van Camp tipt deze week ‘Monologue intérieur’ van Pieter Van der Schoot.
“Ik hou van het werk van Pieter Van der Schoot, meer nog van zijn universum. Het is niet velen gegeven om een eigen mentale speelweide tot bloei te laten komen. Pieter kan dat. Zoals hij zelf zegt:”Schrijven is de beste remedie tegen het bestaan”. Daarin zijn we toevallig gelijkgestemden.
Ik hou van zijn denkwerk. Hij legt de mentale hygiëne aan de dag om sluitende redeneringen op te bouwen en verstopt maatschappelijk commentaar tussen de regels. Beeldspraak getuigt van intelligentie en Pieter is er erg bedreven in. Een mooie (uit Brief aan God):”De herfst is een late lente die achterwaarts hinkend het graf inloopt”. Beter zou ik als ervaringsdeskundige ouder worden niet kunnen omschrijven. Zo graag in de lente van je leven blijven hangen en krampachtig achterom kijkend de ravijn vol met oude botten instorten.
Zijn brieven, of je nu God of zijn vriend Nick bent, wil je krijgen om voor altijd te koesteren.De tekst ‘Monologue intérieur’ die ik koos was een vingeroefening voor hem. Hij bezigt de archaïsche ‘Gij-stijl’ die kenmerkend is voor Jeroen Olyslaegers, maar zonder een copycat te zijn. Hij zet de gij in om ons binnen te loodsen in de verbale braakbui van een door zijn eega moegetergde man. Een man die gebukt gaat onder haar onverschilligheid, aangeleerd en ingelepeld door haar moeder, zijn schoonmoeder. Mompelend, binnen vettend in zijn schuilplaats onder de trap laat hij zijn tourette los. Dat lucht op… tot hij wellicht met genoegen terug in zijn onderdanige rol valt bij haar thuiskomst.
Een korte schets die je naar de krochten van Severin in Leopold von Sacher-Masochs VENUS IN FURS leidt. De grootste verdienste van een schrijver is waarachtige gevoelens beschrijven die hij niet zelf doorleefd heeft. Dan ben je een literaire puppeteer.”