Tip van de week

Schrijvers Zonder Vlees (33): Vynil

Pl(ez)antaardig koken - lasagne

Met twee koppels zijn we, het ene vertegenwoordigt een overtuigd vegetariër, aangevuld met een flexitariër, het andere een verse vegetariër geflankeerd door een doorwinterde vleeseter. Samen wagen we ons aan een dierloos-dinner. Dat niemand van ons dit écht door heeft, zal later blijken wanneer een pak Special Cheese-mix bijna onschuldig in de bechamelsaus verdwijnt. Bijna.

Het recept is duidelijk en onze ingrediënten door Verse Vegetariër (alias de gastvrouw) autistischgewijs klaargelegd. Met een eerder kleine keuken zijn we met z’n vieren duidelijk overstaft. Eens de groenten fijn gehakt zijn, rouleren we in dorito-dipping, gin-tonic-nipping en nonchalant roeren in een pot of pan.

De eerste discussie ontstaat wanneer 250ml water en een volledig bouillonblok Verse Vegetariër wel erg veel lijkt. Na een kleine woordenwisseling neemt Flexitariër het voortouw en volgt plichtsbewust het recept. Zonder terugweg mengen 250ml water plus de volledige bouillonblok zich onder de stovende groentenmassa. We plooien ons tien minuten terug in het salon, dit komt goed.

Tien minuten en een check-up later slaakt Verse Vegetariër een gil van onder een pruttelende pot: “Dat is echt een soepke geworden!”. Vleeseter sust met “linzen die stelselmatig veel vocht opslurpen en uitdampend vocht”. Na nog eens tien minuten is het vocht zo goed als weggetrokken. “De linzen zijn goed bezig” knipoogt Vleeseter.

Tijd voor de bechamelsaus. We zitten met geroutineerde koks dus de bechamel is in een hup en een wip klaar. Een op soja-gebaseerde smeuïge massa ontstaat. “Ik mis nog iets”, Vleeseter werpt een snelle scan door de keuken, “kaas ofzo”. Verse Vegetariër: “Amai ja wacht, wij hebben hier nog iets liggen.” Een pak Special Cheese-mix verschijnt uit de deur van de koelkast. “Ja dit gaat echt goed zijn.” Wanneer het opengescheurde pak 45 graden boven de bechamelsaus tilt, roept Overtuigd Vegetariër in een helder moment “Wacht! Kaas! Maar dan is dat gene plant nie meer he?!” waarop het gezelschap kort verstijfd en ook bij de anderen de gevolgen van de ingreep op het recept dagen. “Ahja, ja, da’s just”.

We herstellen snel na deze quasi doodsteek tot plantaardig koken. In een handomdraai legeert Vleeseter bechamel, lasagnebladeren en saus tot een solide geheel waarna de schotel voor 40 minuten in de oven verdwijnt.

Bij de ultieme test zijn we onder de indruk van de combinatie aan smaken en texturen. Vooral de topping van geroosterde zaden en noten kan het gezelschap bekoren. Daarnaast wist niemand van ons huisgemaakte lasagne ooit zo vormbehoudend van ovenschotel tot bord te transporteren. Misschien ligt het aan ons maar in de meeste gevallen glijdt elke verdieping vel na verplaatsing alle kanten op waarbij de tussenlagen als colateral damage uitgesmeerd over je bord eindigen.

Vooroordelen over plantaardig koken hebben we met de sessie mooi uit de weg gewerkt. Dat een bechamelsaus het flepse broertje is van de kaassaus is bij deze ontkracht. Wel zijn we verschoten van het automatisme waarmee we kaas toevoegen om gerechten te ‘upgraden’. Maar kijk, geroosterde zaden en noten kunnen het gratinkorstje ‘on top’ perfect opvangen.  

 

Laat je inspireren door Dagen Zonder Vlees en post je teksten bij de schrijfkans 'Schrijvers Zonder Vlees'.

Gepubliceerd op

18 mrt 2016