'Een kale kip kun je niet plukken' door Hubert Grimmelt
Vitalski is schrijver, dichter en performer. Hij publiceert columns, romans, liedjes, toneelstukken, stripverhalen en poëzie. Op het podium brengt hij vooral standup-comedy, maar ook literatuur en muziek. 'De Ideale Schoonzoon' is zijn vijftiende avondvullende comedy show.
Vitalski stelde de bloemlezing, Mijn Azertyfactor, samen, naar aanleiding van de vijfde verjaardag van dit platform.
Vitalski tipt deze week 'Een kale kip kun je niet plukken' van Hubert Grimmelt.
"Een kale kip kan je niet plukken", die titel komt meteen zeer flink binnen. Zelf heb ik dit altijd een zeer geruststellend gezegde gevonden. Wie leeft er niet in vrees voor zijn belastingbrief, zijn finale boete, zijn failliet? Maar zie: er is een grens aan de mate waarin we kunnen worden leeggeroofd. Deze titel nodigt uit om na te denken, maar is tegelijk vertrouwelijk en zelfs gemoedelijk. En bovenal dynamisch.
De openende alinea is net zo gezwind; twee korte, aan elkaar evenwaardige zinnen schouder aan schouder, de eerste zin schetst vliegensvlug de hele setting, de tweede zin zet ogenblikkelijk de handeling in gang. En voorts geen overbodig inleidend geëmmer. De lezer kan niet anders dan de auteur blijven volgen. Het eerste, zeer persoonlijke beeld dat we voorgeschoteld krijgen, zijn de reproducties van Canaletto; dat is een fijne vondst, zeker in samenspel met de overzichtelijk geordende boeken, zijn dat wel fraaie doeken, maar toch vooral nogal braaf, ei zo na kitscherig, en dus kleinburgerlijk. Volgens het klassieke principe "show, don't tell", heeft de auteur ons zodoende, als het ware terloops, een trefzeker portret geschetst van deze "Meester van Doorn", die deze werken in zijn kamer heeft hangen. En intussen is er een aardige spanning opgebouwd; Antoine moet bij hem binnenkomen - maar we weten nog steeds niet waarom dan wel.
Pas verderop komen we te weten dat deze meester geen schoolmeester is, maar een advocaat. Zonder enige overbodige poëzie, maar steeds in karige, hoekige zinnen, wordt de problematiek ons uiteengezet - overigens een ernstig te nemen problematiek, waardoor die titel, over de "kale kip", op slag aan frivoliteit verliest. En toch: op Antoine zijn lippen verschijnt een glimlach. Dat is een onvoorspelbaar ding, een beetje vervreemdend zelfs. Waarom is voor dit hoofdpersonage, die geschilderde ellende kennelijk toch maar futiel? Om dit te weten te komen, moeten we blijven verder lezen; en zo heeft de auteur ons reeds tot in de helft van zijn verhaal geloodst, zonder dat we dit uitdrukkelijk in de gaten hebben, en zonder exuberante middelen. De karigheid, de economie van deze taal, is prijzenswaardig.
Het slot is onvoorspelbaar. Gedurende het verhaal wil je er als lezer vanuit gaan dat "Antoine" één of ander plan achter de hand heeft - waarom anders zou hij er zo kalm en zelfs bijna vrolijk onder blijven? Hij veroordeelt de meester ook niet, hij vindt hem alleen maar "merkwaardig"- een pacifistische taxering, zeker in tijden waarin scheldproza hoogtij viert. Maar helemaal op het einde denkt de protagonist plotseling enigszins onzeker:"ik hoop dat het in orde komt."
Ik hoop het ook.
Met Hubert Grimmelt, de auteur van deze schalkse, pretentieloze, vlotjes voortwandelende tekst, zal het wel zéker goed komen.