Tip van de week

Tip van de week: Luuk Gruwez

Luuk Gruwez breekt voor het eerst door met de dichtbundel De feestelijke verliezer (1985). Zijn in 1994 verschenen prozadebuut, Het bal van opa Bing, krijgt de Geertjan Lubberhuizenprijs. Op Gedichtendag 2009 publiceert Gruwez het gedichtendagessay Pizza Peperkoek. Met onder meer zes gedichten in het Groot Verzenboek van Jozef Deleu en acht in Komrijs Nederlandse poëzie van de 19de t/m de 21ste eeuw geldt Gruwez als een van de meest gebloemleesde dichters in het Nederlandse taalgebied. Mijn tip van de week is ‘Het kapsalon’ van Christine Van den Hove.

"Het is een gedicht dat de lezer, mede vanwege zijn vanzelfsprekend parlando, aanvankelijk meesleept in een alledaagse sfeer waarmee iedereen vertrouwd is. Er lijkt op het eerste gezicht niets bijzonders schuil te gaan achter de relatie van de kapster en haar klant, de (vermoedelijk) vrouwelijke ik-persoon. De kapster verricht gewoon haar werk. Maar naar het einde toe blijkt dat Christine Van den Hove haar lezers op het verkeerde been heeft gezet. Vanaf de versregel ‘de lippen lichtjes open’ begint er iets als een erotische elektriciteit in de lucht te hangen. Waarop deze bekentenis volgt: ‘wat hou ik toch/ van haar gespannen blik’. En het gedicht krijgt een bijzonder apert erotisch timbre, wanneer de kapster de ik-persoon op de mond kust. Het knappe aan de slotregels zit niettemin in het feit dat de dichteres haar lezers over de precieze uitingen van seksualiteit enigszins in het ongewisse laat. ‘het is gedaan zegt ze/ doe maar je benen toe’: maar wat is gedaan, het kappen of nog iets anders; en waarom moeten die benen dicht? Het tafereel dat de dichteres hier heeft neergezet is lang niet zo gewoontjes als het begin van haar gedicht liet vermoeden. Haar poëtische voorbedachtheid getuigt van een zeker metier."

 

Gepubliceerd op

8 jul. 2015