Jan Sluimer

Over Jan Sluimer

Het schrijven van verhalen begon als een hobby.
Sommige van deze verhalen zijn verschenen in verhalenbundels.
Van lezers krijg ik positieve reacties op mijn korte verhalen met wat dagelijkse humor.
Met veel enthousiasme en doorzettingsvermogen heeft dit geleid tot twee verhalenbundels die inmiddels zijn verschenen.

Teksten

Lichtpuntje

Mooie lentedagen breken aan in oorlogstijd. De verhitte oorlog gaat door als de temperaturen stijgen naar ongekende hoogte. Regen en zon wisselen elkaar af net als het geluid van raketten en geweerschoten op de open vlakte. De lucht verandert van grijs naar blauw met vriendelijke stapelwolken. Een vriendelijk briesje zorgt voor een beetje vertier. Plots klinkt er weer een mortier. Een voltreffer treft het doel en laat een spoor van vernieling achter. De schade en verliezen zijn enorm aan beide kanten. Aan beide kanten zorgen hulpgeroep voor chaos, verdriet en machteloosheid. Levensverhalen worden hier beëindigd. In de omgeving van de gevechtslinie ontstaat bij veel betrokkenen een gevoel van onbehagen. Veel soldaten voelen zich verslagen. Families worden verscheurd, overal wordt getreurd. De aanhoudende gevechten worden heviger, niets of niemand wordt gespaard. Brieven aan het thuisfront leggen de zwakheden van de mens vast. Uniformen verliezen hun kracht door de geur van kruitdampen en gaten van sigarettenpeuken. Bestond het gevechtstenue maar uit een korte broek, een shirt met korte mouwen en een paar voetbalschoenen. In de verte eindigt een voetbalwedstrijd onbeslist, een applaus volgt. Loopgraven veranderen in de kleur geel door het opkomende en uitbundig bloeiende koolzaad die elke millimeter grond veroverd zonder een geweerschot. De scheidslijn tussen beide legers wordt plots overwoekert door het koolzaad. Legers en soldaten van beide kampen kunnen elkaar niet meer zien door het opkomende koolzaad. Het zicht wordt volkomen belemmerd en een staakt-het-vuren is dichterbij dan ooit. Weken wordt er niet gevochten. Broedvogels zoeken in deze weide omgeving tevergeefs naar nestmateriaal voor het bouwen van een liefdesnest. De natuur herstelt zich langzaam op alle mogelijke plekken rondom het oorlogsterrein. Het zonnetje zet het veld met bloeiend koolzaad in de spotlights. Een vlinder fladdert er vrolijk rond. Het koolwitje is op zoek naar vrede.

Jan Sluimer
37 0

Vette hap

In het immens populaire dorp Omnivoor gaat volgende week de wedstrijd ‘Heel Omnivoor snackt’ van start. Het is een jaarlijks evenement en een traditie en er is altijd veel belangstelling voor. Dit jaar is het al de tiende editie dat deze wedstrijd wordt gehouden. Er worden zorgvuldig tien deelnemers geselecteerd en willen hun kunsten vertonen aan het grote publiek. Het spektakel vindt plaats in een grote zaal waar voor tachtig mensen een plekje is. De zaal had wel tien keer uitverkocht kunnen zijn. Het moment is daar en ik mag als toeschouwer plaatsnemen op de tribune, de spanning stijgt. Langzaam stroomt de zaal vol met veel prominente dorpsgenoten. Het zaaltje heeft weer een perfecte uitstraling met alle toeters en bellen. De presentatie is in handen van de welbekende goochelaar Boaz en de jury bestaat uit een vijftal inwoners uit de stad die zijn gekozen. Het hoofd van de jury is natuurlijk de eigenaar van de snackbar uit het dorp, genaamd Frietje. De wedstrijd staat op het punt van beginnen op deze mooie zaterdagavond. Nog even en het startschot zal klinken. De gezichten van de deelnemers zijn gespannen en sommige lopen nerveus rondjes op hun plek. Boaz heeft de microfoon in zijn handen en vraagt aan het hoofd van de jury om tekst en uitleg over het maken van de borrelhapjes en andere instructies. Eerst worden alle deelnemers voorgesteld en om hun beweegredenen om deze keer mee te doen. Frietje pakt de microfoon over, ‘De deelnemers moeten een bittergarnituur maken van bitterballen, frikandellen, loempia’s,  kaassoulfles, vlammetjes, nasi- en bami schijven. Ze moeten van elke snack twaalf mini’s maken, de vorm mogen ze zelf bepalen. Ook moeten ze zelf ketchup, mayonaise en satésaus  maken en ik hoop op heerlijke en verrassende smaken. Ze moeten dit doen in een zeer korte tijd en er wordt veel van ze gevraagd.’ Frietje geeft de microfoon weer aan Boaz en deze vraagt aan Frietje, ‘Hoe lang hebben ze de tijd voor hun snacks en de sauzen die gemaakt moeten worden.’ Frietje zegt vol overgave, ‘Hier hebben ze zeven dagen de tijd voor.’ ‘Hoeveel tijd’, zegt Boaz en verslikt zich bijna. Frietje zegt gedecideerd, ‘Ja, ze hebben hier inderdaad zeven dagen de tijd voor.’

Jan Sluimer
30 0

Modderfiguur

Het schilderij zit onder de stof en staat al jaren op onze zolder van een voor mij onbekende schilder. Om het schilderij zit in een gouden lijst en het stelt niet veel voor als wat modder op het doek. Vroeger was ik een kruimeldief. Als rijke bewoners op vakantie waren haalden ik de schilderijen van de muur voor bruikleen. Je vergeet wel eens wat terug te brengen. Ik heb mijn leven gebeterd en ben gelukkig getrouwd en heb alle schepen achter mij verbrand. Hilarisch is dat ik bij haar welgestelde familie wel eens wat heb ontvreemd. De buit was niet onverdienstelijk. Mijn vrouw is op de hoogte van mijn verleden. Vandaag worden er opnames gemaakt waar je ‘verloren’ schilderijen en andere kunstvoorwerpen kunt laten taxeren en er is veel aanloop in het veel te kleine zaaltje. De afmeting van ons schilderij is zo klein dat het in een vuilniszak past en ik de zaal binnenloop. Mijn kunstwerk wordt uitgekozen en ik mag aan tafel aanschuiven bij de presentator en een expert. We gaan het allemaal beleven. Onverwachts wordt er een camera op mij gericht en op het schilderij. Via het oortje van presentator hoor ik dat we nu live op televisie zijn, wat een aandacht. De expert is onder de indruk van het schilderij. Hij heeft veel informatie verzameld over de schilder Bastiaans die het doek heeft geschilderd en het is zijn bekendste werk uit de 12e eeuw. De expert legt uit waarom het meesterwerk toebehoorde aan de Blubberiaanse stijl van die tijd. Hij raakt niet uitgesproken over het meesterwerk. ‘Jammer genoeg zijn veel schilderijen van die stijl verloren gegaan maar dit is een zeldzaam meesterwerk. U moet dit doek zeker laten verzekeren.’ De presentator is nieuwsgierig en vraagt aan mij, ‘U bent zeker wel benieuwd naar de waarde van uw schilderij.’ Plots draait de camera mijn kant op en ik geef een diplomatiek antwoord, ‘Ik vraag dit voor een vriend.’

Jan Sluimer
47 1

Strenge vorst

De nachten worden steeds kouder en er wordt binnenkort sneeuw verwacht. Net na de middag gaat het sneeuwen, fijne plaksneeuw. De kinderen in de klas mogen van de juf allemaal naar buiten kijken. Alle leerlingen uit groep 1 en 2 zijn enthousiast en weten wat ze willen gaan doen in de sneeuw. De sneeuw komt als een lawine uit de lucht naar beneden dwarrelen. Sommigen willen een sneeuwpop maken en de stoere jongens willen sleeën. Na een aantal uren komt er een lawine van sneeuw naar beneden. Om de paar minuten rijdt er een strooiwagen voorbij om de wegen vrij te houden van sneeuw. De bel luidt, de school is uit en de kinderen worden blij verrast met een dik pak sneeuw. Mijn vrouw gaat onze 2 kinderen halen met de slee. Bij de huizen op het plein wordt niet gestrooid en ligt vol met sneeuw. In de vroege middag komen alle kinderen naar buiten. De wollen mutsen en handschoenen ontbreken niet in de ijzige kou. Gelukkig is het windstil. Alle kinderen op het plein, jong en oud, opperen om een sneeuwpop te maken. Een deel van de groep veegt met de sneeuwschuiver het sneeuw bij elkaar. De andere groep is bezig met het maken van de romp van de sneeuwpop. Elk kind doet mee en de vrouwen houden af en toe een oogje in het zeil door even door het raam naar buiten te kijken. Net voor het avondeten staat de prachtige sneeuwpop aangekleed en wel. De ouderwetse sneeuwpop is voorzien van zwarte steenkolen, een winterpeen en een colbert. Wat zeker niet mag ontbreken is de hoge hoed. Als ik thuiskom staat de sneeuwpop voor mijn deur op de stoep te glimlachen als ik langsloop. De sneeuwpop is hoger dan mijn garagedeur. Bij het eten raken de kinderen niet uitgepraat over de gemaakte sneeuwpop. Mijn kinderen liggen inmiddels op bed. De weersverwachting op het journaal vertelt dat een koude nacht met 20 graden vorst aanstaande is. Mijn plicht roept en ik zet de vuilcontainer aan de weg. De nieuwsgierige overbuurvrouw staat minutenlang naar mij te kijken achter het half gesloten gordijn. Na uren ploeteren is het gelukt. Ik kom binnen en mijn vrouw kijkt mij verbaasd aan, ‘Waar bleef je zo lang.’ Uitgeput geef ik antwoord, ‘ Buiten wordt het veel te koud en ik heb de sneeuwpop in de garage gezet.’

Jan Sluimer
34 0

Zangkunsten

Het is 9 december op de kalender, de laatste maand van het jaar. De doos met de kerstspullen staat in de hoek van de woonkamer. Alleen de kerstboom staat en alle andere versieringen moeten nog opgehangen worden. Het ophangen van de versieringen gaat nog wel dagen duren, elke dag een stukje. De kerst kandelaar trapsgewijs mag niet ontbreken voor het raam in de woonkamer. Veranda helpt graag mee met het ophangen van de kerstversieringen wanneer haar ouders bezig zijn. Het begint al donker te worden, buiten is het een paar graden onder nul. Veranda van 5 jaar zit in de woonkamer tussen al haar Sinterklaas cadeautjes. Ze is nog altijd onder de indruk van haar vele en mooie cadeaus. De prullenbak puilt nog uit met veel verfrommeld sinterklaaspapier. Veranda wordt getrakteerd op een mok met warme chocolademelk. Ze zet de mok met chocolademelk en slagroom op de tafel naast de kerstboom. De kerstboom brandt en alle gekleurde lichtjes branden als kaarsen met uitstraling. Onder de kapstok staat nog een laarsje met een verdwaalde winterpeen. Veranda hoort veel gerommel vanaf het dak in de woonkamer en gaat snel bij de schoorsteen zitten. Het geluid komt van het besneeuwde dak van het huis waar de schoorsteen zich bevindt. De laatste tijd heeft ze zoveel mogelijk sinterklaasliedjes geoefend en luid meegezongen. Het gaat voorlopig ook niet meer uit haar hoofd. De liedjes zijn de laatste tijd erin geramd (zonder roe) in haar klas want elk kind zingt mee. Met speels gemak zingt ze nu sinterklaasliedjes onder de schoorsteen van ‘Zie ginds komt de stoomboot’ , ‘Zie de maan schijnt door de bomen’, ‘Sinterklaas kapoentje’ en het onvergetelijke ‘Wie komt er alle jaren’. Als ze klaar is begint ze gewoon weer opnieuw en weet van geen ophouden. Van spanning is bij haar geen sprake en zingt uit volle borst. Zelfs de lichtjes in de kerstboom sputteren tegen en beginnen te flikkeren. In groten getale valt de sneeuw op het dak en het wordt spiegelglad. De man op het dak kan zich nog net staande houden met al zijn cadeaus voor groot en klein. Hij krijgt het niet warm of koud van al haar vrolijke liedjes. Zijn geduld raakt op en kan het niet meer aanhoren. Op het dak is het ijzig stil maar Veranda zingt de pannen van het (gladde) dak. ‘Oh, kom maar eens kijken’, zingt ze al voor de zoveelste keer. Een zware en vooral geïrriteerde stem onderbreekt haar gezang tijdens haar favoriete Sinterklaasliedje. De stem komt vanaf het dak en laat de schoorsteen trillen tot in de huiskamer, ‘Veranda, ken je ook kerstliedjes’.

Jan Sluimer
31 0

Over tijd

Het is begin november. Ik wacht al weken op een pakketje, zo moeilijk is dat toch niet. De bezorging is niet van een hoog gehalte maar zit wel dringend op het pakketje verlegen. Het kost me zelfs een vrije dag want ik zou deze zaterdag werken. Ik heb er speciaal een vrije dag voor genomen. Gelukkig kon ik met iemand ruilen op het werk. Vandaag moet het pakje bezorgd worden en wacht rustig af. Buiten is het guur en windkracht acht staat op het menu. Het is eigenlijk geen weer voor de postbode om een pakje te komen brengen. De eerste regendruppels melden zich op mijn raam van de woonkamer. Mijn schoenen staan voor de kachel om te drogen. Ik kijk voortdurend op mijn horloge. Rond deze tijd komt altijd de postbode langs. Is de man soms wat verlaat of heeft een ander zijn dienst overgenomen? Met mijn benen op de tafel geniet ik van de kruidnootjes die volop in de winkels liggen. Plotseling hoor ik de deurbel als ik in mijn luie stoel zit en ren naar de voordeur. Door het raam van de voordeur zie ik een mijter en een staf! Sinterklaas komt hoogst persoonlijk mijn pakje brengen. De zon breekt spontaan door. Niet veel later staat de hele straat voor mijn deur om een glimp op te vangen van de Sint. Joelende kinderen willen allemaal op de foto met Sinterklaas. Wat een happening in de straat. Het lijkt wel of ik de loterij heb gewonnen. Alleen voor een pakketje wat te laat is bezorgd. De Sint kijkt mij aan met zijn volgroeide baard en een plak snor. Ik sta oog in oog met de Goedheiligman. Sinterklaas ziet er moe uit en mompelt wat. Ik zeg tegen de beste man: ‘Het is toch nog geen Sinterklaas.’ De Goedheiligman antwoordt met een zware stem: ‘Het is een kwestie van tijd.’ Zonder gêne en ongevraagd gooit de Sint een handvol pepernoten naar binnen. Buiten voor mijn deur hinnikt voortdurend het oervervelende paard Ozosnel. Geef mij het paard Amerigo maar, de oude rot. Amerigo en de Goedheiligman waren een onafscheidelijk duo op de daken waar ze samen de vreemdste capriolen uithaalden. Sinterklaas overhandigt mij het veel te laat bezorgde postpakket. Zelfs het pakketje is verpakt in sinterklaaspapier. Het wordt van kwaad tot erger. Tot slot deel ik aan de Sint nog een sneer uit: ‘Pepernoten in de schappen in augustus is ook zo overdreven.’

Jan Sluimer
34 0

Doelbewuste ontmoeting

Het park, de Efteling is een paar maanden gesloten voor een verbouwing. Er waren veel ingestuurde ideeën om de Efteling aantrekkelijker te maken. Veel ideeën zijn van tafel geveegd maar sommige worden ten uitvoer gebracht. Een deel van Holle Bolle Grijs krijgt een opknapbeurt. Sommigen blijven Holle Bolle Gijs en een paar veranderen in Holle Bolle Grijs. Deze verandering vindt plaats om ouders, opa’s en oma’s een plezier te doen. De Efteling is weer open en wij gaan een kijkje nemen in het park op deze mooie herfstdag. Mijn vrouw en mijn kinderen Spons (7) en Bob (5) zijn dol op het park. Ik haat het park maar voor hun plezier ga ik mee en ben benieuwd naar Holle Bolle Grijs. We rijden het park op en het is megadruk na de verbouwing. Ik haat het park met zijn Phyton, Fata Morgana en Baron 1898. Halve Maen, Max & Moritz kunnen mij ook gestolen worden. De Vliegende Hollander zorgt alleen voor maar natte pakken. Voor alle attracties staan er lange rijen met schreeuwende en joelende kinderen. De wachtentijden lopen snel op in de Efteling rondom het middaguur. Mijn vrouw gaat graag in de Phyton. Ze houdt van kotsende mensen. Ik heb mijn vrouw ontmoet toen ik voor het café stond te kotsen. Zij kwam aanlopen met wat vriendinnen. Het was gelijk liefde op het eerste gezicht. Maar dit terzijde. Zelfs van Droomvlucht krijg ik braakneigingen. We lopen wat door het park naar de volgende attractie. Uit het niets verschijnt een oud stapmaatje in beeld, een ‘geluksmomentje’. Dit kan geen toeval zijn en een mooi moment om te splitsen. Ik vertel tegen mijn vrouw, ‘Ik zie jullie zo wel’ en maak een praatje met Job. Mijn vrouw gaat samen met Spons en Bob op zoek naar een eettent. Zijn vrouw en kinderen struinen het park af naar hun favoriete attractie. Samen staan we te bakkeleien over vroeger en de vele kroegentochten. Mijn droge lippen en mond kunnen wel een verkoeling gebruiken. Job en ik appen naar onze vrouwen dat wij op weg zijn naar Holle Bolle Grijs. Daar eenmaal aangekomen staat er een lange wachtrij, alleen maar mannen. Samen sluiten we aan de rij en praten over vroeger tijden en de memorabele uitspattingen. Wij mannen staan als volwassen kinderen in de rij en gedragen ons als kleuters. Ons doel is bijna bereikt, het is het wachten waard. Holle Bolle Grijs spreekt met twee woorden en praat ons bemoedigend toe, ‘Bier hier, bier hier.’

Jan Sluimer
29 0

Loepzuiver

Jakkes, het ventje van de overburen is nog maar 8 jaar oud en draagt een ziekenfondsbrilletje. Zijn hobby's en aandacht gaan uit naar natuur en milieu. Op school gaat zijn interesse vooral uit naar bloemen en planten. Zijn slaapkamer staat vol met boeken over de natuur en planten. Het lijkt wel de plaatselijke bieb. Opvoedkunde deert hem helemaal niet, hij heeft zijn eigen regels. Spijbelen is ook wel aan hem besteed. Een echte streber is Jakkes en wil dolgraag minister worden in de toekomst. Hij wil gezien worden als een wereldverbeteraar, een soort Gretha 2. De werkelijkheid is anders. Hij maakt de buurt onveilig en is vooral een lastpak. De tuinen in de buurt moeten het ontgelden want hij is altijd op zoek naar bijzondere planten. Jakkes heeft voor niemand ontzag en de tuinen zijn zoals altijd het doelwit. Hij loopt vaak met zijn loep door de woonwijk. Zonder pardon loopt hij willekeurige tuinen in en planten worden vertrapt. Het enige wapen is de loep die onontbeerlijk is. Jakkes toont met trots zijn vergrootglas aan elke voorbijganger. Met de loep in zijn hand verandert zijn dna. Door de regen van de afgelopen weken is het onkruid heel hard gaan groeien. Vooral op zaterdag en zondag heeft Jakkes het op zijn heupen. Het wordt weer tijd voor een opknapbeurt van mijn tuin. Vandaag wil ik de voortuin netjes maken en het onkruid wieden. Ik kijk uit het raam of ik beweging zie bij het huis van Jakkes. Alles lijkt vredig maar ik ben op mijn hoede. Gelukkig is het op een doordeweekse dag. Ik loop naar de schuur en pak mijn gereedschap en een emmer. Voorzichtig loop ik met mijn emmertje en schoffeltje naar de voortuin. Ik kijk als Sherlok Holmes om mij heen. Behoedzaam zet ik mijn emmertje neer om geen geluid te veroorzaken. Een voordeur slaat open, alle alarmbellen gaan rinkelen. Hij is weer op oorlogspad en sluipt als een panter door de straten. Ik zit op mijn knieën en hoor voetstappen mijn richting uitkomen. Vluchten is niet meer mogelijk al probeer ik me zo klein mogelijk te maken. De voetstappen komen steeds sneller en sneller mijn kant op en ik herken de schoenen. Ik kijk recht omhoog en kijk in de ogen van Jakkes met het ziekenfondsbrilletje op zijn neus. Met een kwade blik kijkt hij mij aan. In mijn hand heb ik wat onkruid. Jakkes spreekt mij aan als een zeer strenge oom agent, ‘U bent ook niet plantaardig.’

Jan Sluimer
14 0

Verwachtingspatroon

Ik hoor de brievenbus in mijn huis rammelen, post. Niet veel later raap ik de kranten en de reisfolder op van de deurmat. Een reisfolder met als reisorganisatie ‘Oudfit’ ken ik totaal niet.  Het gaat om een last minute vakantie voor de snelle beslissers. Er zijn wel criteria waar aan voldaan moet worden. De reis wordt alleen aangeboden aan mensen tussen de zestig en de honderd jaar. Ik zit in in die leeftijdscategorie, wat een bofkont ben ik. Met veel enthousiasme bekijk ik de folder. De prijzen zijn schrikbarend laag voor die mooie buitenlandse reis. Zo ver ik begrijp zijn er geen eenpersoons- en tweepersoonskamers. Dat maakt mij nieuwsgierig. Wordt dit dan toch de vakantie van mijn dromen? Ik kan het me niet voorstellen. De folder verwijst alleen maar naar de site op internet. Even kijken hoe deze site werkt. Heel vreemd, na een uur zoeken ben ik er nog niet uit waar we overnachten. Na veel puzzelwerk en kunstmatige intelligentie kom ik er achter dat wij op een slaapzaal komen te liggen, maximaal honderd personen. Dat voorspelt niet veel goeds. Ik zie de beelden al voor me. Over het geruzie van leeftijdgenoten die niet naast elkaar willen slapen of alleen onderop willen in het stapelbed en van plek willen wisselen. Een zaal vol stapelbedden waar mensen hun bed niet meer kunnen vinden. Mensen die lekker slapen en dan wakker worden uit een nachtmerrie. Wanneer de ‘boosaardige’ tandenfee midden in de nacht langskomt en je lippen insmeert met tandpasta tijdens het snurken. Wanneer mensen praten in hun slaap en mijn naam voorbij komt. Mensen die ‘s nachts snurken, slaapwandelen of pissen met het licht aan. Wat denk je als mensen tijdens het slapen af en toe een scheet laten of juist heel veel. Kan en mag er dan een raam open. De volgende ochtend is er weer een washandje kwijt en wordt er een zoekactie op touw gezet. Vooraf kan je ook nog voor een evenement bijboeken. Speciaal voor de liefhebbers wordt er een kussengevecht georganiseerd en deze vindt plaats op donderdagavond van zeven uur tot twaalf uur in de avond. Ik zie al mensen afgevoerd worden met botbreuken. De chaos is compleet als er ook nog grappenmakers zijn die midden in de nacht de bakjes met een kunstgebit gaan verwisselen en op een andere plek zetten. Zie ik beren op de weg, stel ik te hoge eisen of speelt de dramatiek alleen maar in mijn hoofd af. Ik hou het toch maar bij mijn favoriete eenpersoonskamer maar dan bij een andere reisorganisatie.

Jan Sluimer
8 0

Offday

De zomer begint al vroeg eind mei. Het is weekmarkt en de zon schijnt volop. Al jaren wil ik een zomerhoed. Lekker voor in de tuin of aan zee. Ik wil graag de show stelen op het strand, hier en in het buitenland. De één noemt het een zomerhoed de ander gaat voor strohoed of zonnehoed. Rond acht uur in de ochtend is de verkoper druk bezig met het opzetten van zijn kraampje. Ik ben al vroeg op de markt en ik heb stiekem al een favoriet zien hangen. Het zweet gutst van de marktkoopman zijn gezicht. Normaliter is zijn vrouw ook aanwezig voor de nodige vragen over hoeden en petten. De beste man staat al jaren op de markt. Zijn hoeden en petten zijn van goede kwaliteit en betaalbaar. Meestal heeft hij de nieuwste trends in zijn assortiment. Rond half negen hoop ik de eerste te zijn. Wat een teleurstelling. Er staat een flinke rij wachtenden voor de kraam. Mannen, vrouwen en kinderen willen een zomerse aankoop doen voor een nieuwe look. Ik sluit achteraan en wacht geduldig. Het wachten wordt beloond en ben aan de beurt. Ik vraag met veel interesse naar de mogelijkheden qua zonnehoed en kleur. Plots gaat zijn mobiel af. Het contact tussen ons wordt gelijk onderbroken. Druk gebarend en met luide stemverheffing ziet hij mij niet meer staan. Tien minuten sta ik in de wacht. Van een fijn gesprek tussen ons is geen sprake. Hij loopt naar achteren en verdwijnt achter zijn bestelbusje. Ik probeer zijn aandacht te trekken. Een glimlach van hem voor mijn geduld is mijn deel. Ik ben het wachten zat en loop teleurgesteld naar huis. Rond twaalf uur loop ik weer over de markt en kom mijn buurvrouw tegen. We lopen langs de kraam met de hoeden. Ik vertel haar dat ik een mooie zomerse hoed wil kopen bij deze kraam. Mijn buurvrouw heeft haar woordje klaar. ‘Oh, die vent is er toch nooit’, krijg ik te horen en ze loopt door. Waar ik ook kijk. De verkoper staat nog altijd met zijn mobiel aan zijn oor en is nog altijd druk in gesprek. Als hij mij ziet draait hij pontificaal zijn rug naar mij toe. Heeft deze man echt zo’n slechte reputatie? Ik geef hem het voordeel van de twijfel. Mijn laatste poging en ik loop om twee uur in de middag langs zijn kraam maar nog geen teken van leven van de verkoper. Ik vraag aan de verkoopster naast de hoedenkraam waar de verkoper is. Als antwoord krijg ik, ‘Hij is altijd weg. De beste man is nu even een brood halen. Het kan wel even duren.’ Rondom zijn kraam is het inderdaad stil. Ik loop wat rond en zie in mijn ooghoek een verfrommeld A4’tje hangen tussen de hoeden. Het kwartje is gevallen, ‘Ik ben heel de dag gesloten voor belangstellenden vanwege een ingelaste telefonische bespreking .’

Jan Sluimer
12 0

Bijzijn

Het is volop zomer in het park. In de lente groeide in een deel van het park koolzaad maar verandert nu langzaam in een veld met boterbloemen. Vogels fluiten in de bosrijke omgeving van het park. De vijver in het park is omringd met riet en de gele lis heeft ook een plekje kunnen bemachtigen. Familie zwaan met drie pullen verkennen de vijver in het zonovergoten park. Meerkoeten in de vijver hebben het razend druk met het voeden en het vertroetelen van de vijf jongen. In de struik in het park brengen merels hun jongen groot en zijn op zoek naar voedsel in het grasveld. Koolmezen vliegen af en aan in de bomen in het park waar nestkastjes hangen. Iedereen geniet van de zomerse temperaturen en het zonnetje, ook de kolonie bijen in het park. Veel dagjesmensen maken gebruik van het park met grasvelden om te zonnen of te barbecueën, voor elk wat wils. Twee kilometer verderop fiets je het platteland tegemoet en de koeien grazen in de wei. Grote groepen mensen die meedoen met de puzzelrit voor fietsers rijden over landweggetjes en langs de weilanden op het platteland zoeken naar antwoorden voor het oplossen van de vraagstukken. De schapen met de lammetjes staan in de wei naast de boerderij. Het ene weiland staat vol met koren en het andere weiland groeit mais. Langs het weiland op het platteland staan veel bloeiende planten voor de biodiversiteit. Klaprozen, cosmea, korenbloemen en niet te vergeten de zonnebloemen staan te pronken aan de waterkant. Langs de slootkant van een weiland, het hek staat open, zit een eenzame bij te huilen in het hoge gras. De bij weet van ophouden en huilt al uren tranen met tuiten. In de verte hoort de oude slak met zijn vrolijke huisje het geschrei van de bij. Slak en bij vallen niet op in het hoge gras maar het slakkenhuis kruipt rustig naar de bij toe. Hij kijkt de bij met een vragende blik aan en tikt de bij op zijn schouder. De bij is verdwaald, is zijn richtingsgevoel kwijt en kan zijn bijenvolk niet meer vinden. Gelukkig luistert slak aandachtig naar de bij en slak heeft een ijzersterk geheugen. Vier maanden geleden is de slak in het park het bijenvolk tegengekomen. Alle bijen waren druk in weer en slak heeft dit met veel enthousiasme gevolgd. Slak wordt ook een beetje emotioneel en wordt ook een beetje verdrietig. Er gaat veel denkwerk aan vooraf om de bij uit zijn lijden te verlossen. De zachtaardige slak verzint mogelijkheden om de bij weer terug te brengen in het park met de kolonie bijen. Slak is nooit te beroerd om een helpende hand te bieden en komt met de oplossing voor het probleem van de bij. Met troostende woorden richt slak zich tot de bij, ‘Spring maar achterop dan breng ik je even naar huis.’

Jan Sluimer
12 0

Overstappen

Meneer de Conifeer heeft zijn auto de deur uitgedaan en is nu afhankelijk van het openbaar vervoer. Zijn fiets is het enige vervoermiddel wat hij nu bezit en staat in een schuurtje in Rotterdam. Hij ging vroeger altijd met de auto naar Amsterdam voor familiebezoek. Vandaag staat weer een uitje gepland naar familie in Amsterdam. Een ritje op de fiets naar het busstation geeft geen problemen. Daar staat hij op het busstation, waar moet hij heen? Hij pakt voor het eerst van zijn leven de trein op deze mooie lentedag. De oude man neemt de trein vanuit Rotterdam naar Amsterdam in de ochtendspits. Hij kent de trein alleen van plaatjes maar wil vooral genieten van het reizen per trein. Borden volgen naar het treinstation is zijn eerste opdracht. Missie geslaagd en nu een kaartje uit de automaat op het treinstation, een lijdensweg. Gelukkig staat er een medewerker van NS om hem de helpende hand te bieden. Het volgende probleem dient zich aan. Van welk perron vertrekt de trein. Hij weet helemaal niet waar hij moet kijken, zoveel indrukken. Meneer de Conifeer wordt meegezogen door de mensenmassa en staat ineens op een voor hem onbekend perron. Hij kijkt naar boven maar ziet geen perronbord. Zonder het te weten staat hij precies onder het perronbord. Een trein nadert het station in Rotterdam en stopt. Als de trein de deuren opent wil meneer de Conifeer met veel moeite de trein instappen. Hij is niet op de hoogte van de basisregels wat betreft in- en uitstappen. Veel boegeroep valt hem ten deel door de uitstappende passagiers die voorrang hebben boven instappende personen. Snel een zitplaats vinden waar hij zich op zijn gemak voelt. Hij kijkt wat om zich heen en ziet dat hij in een verkeerde coupé zit. Met veel gêne verlaat hij de coupé eerste klasse. In het treinstel tweede klasse neemt hij plaats op een stoel die nog vrij is. De trein zet zich in beweging en meneer de Conifeer rijdt helaas achteruit, een minpuntje. Hij wil genieten van het uitzicht uit het raam. Als de trein het station en de stad heeft verlaten dendert de trein over het spoor langs weilanden met grazende koeien. Velden met bloeiend koolzaad kunnen hem wel bekoren. Hij voelt zich niet op zijn gemak in deze trein. Per toeval komt er een conducteur aanlopen in het gangpad. Meneer de Conifeer steekt zijn vinger op en krijgt de aandacht van de conducteur. Hij vraagt netjes aan de conducteur, ‘Gaat deze trein naar Amsterdam.’ De conducteur is en blijft altijd beleefd, ‘Als u via Maastricht wil wel.’

Jan Sluimer
10 0

Bewegingsvrijheid

Langs de voorkant van de boerderij loopt een kronkelend slecht geasfalteerde weg met flinke gaten die leidt naar de bewoonde wereld. Aan de achterkant van de boerderij op het platteland kijkt het gezin van de melkveehouder naar uitgestrekte weilanden, een mooier uitzicht bestaat niet. De keuken van de boerderij is aan de koeienstal gebouwd. Aan de geïmproviseerde kapstok met spijkers in de stal hangt zijn overall en zij boeren alpinopet, de knalrode boerenzakdoek hangt uit zijn zak van de ketelpak. Onder de kapstok staan zijn laarzen en klompen, netjes naast elkaar. De lente breekt aan. Alle 60 koeien worden naar buiten gedirigeerd door de boer en boerenknecht Joris. Hondje Wodan, het kleine keffertje bewaakt het erf en bij onraad slaat hij direct aan. Poezen en kippen lopen door elkaar heen in de koeienstal of zoeken de buitenlucht op. Voor vertier en ontspanning gaat de 12-jarige boerenzoon van de melkveehouder geregeld met wat vriendjes slootje springen en kikkers vangen, een nat pak is niet uitgesloten. Soms komen ze een kikkerdril tegen in het ondiepe slootje met veel kroos. Alle koeien worden in de lente en zomer buiten gemolken in de omgeving van de boerderij. Langs het onverharde weggetje die leidt naar het weiland waar de koeien grazen groeien spontaan klaprozen in de berm. In het grasland waar de koeien grazen, liggen in de wijde omtrek vooral graslanden. Kievieten en grutto’s domineren in de omringende weilanden. Vrolijke leeuwerik vertoont zijn zangkunsten hoog in de lucht. De hete zomer breekt aan met een maximum van 25 graden met soms een uitschieter tot 28 graden. Een combine is bezig op het land vol met koren, stofwolken zijn niet uitgesloten. Het koren wordt opgevangen door een trekker met een aanhangwagen die er naast rijdt. Vervolgens maakt de balen pers er pakken stro van die over het land verspreid liggen. Een trekker met een wagen wordt bestuurd door de boerenzoon en hij rijdt langzaam over het land, het stroladen kan beginnen. Vijf opgetrommelde krachten steken met de riek de balen stro op de wagen. Alle strobalen worden zorgvuldig door boerenknecht Joris op de kar verdeeld over de ruimte die beschikbaar is. De overvolle wagens met de strobalen worden diezelfde avond leeggehaald door de sterke en stoere kerels en op de strozolder boven de koeienstal verzameld, een flinke klus. Na gedane arbeid liggen alle balen stro op de zolder tot aan de nok voor de komende winter. Begin januari ligt er al weken 10 centimeter sneeuw en het vriest al dagen tussen de -5 en -8 graden. De koeien staan op stal door strenge winter die blijft aanhouden. Het is tijd om de koeienstal uit te mesten samen met boerenknecht Joris. Alle koeien staan naast of tegenover elkaar in de stal en hebben een drinkbak met een lepel. De mest wordt handmatig met een mestvork in de kruiwagen gedumpt. Joris rijdt met de volle kruiwagen met mest de buitenlucht in en loopt voorzichtig over de plank om zoveel mogelijk mest op de besneeuwde mesthoop te dumpen. Als hij de kruiwagen leegt komt de stoom van de mest af. De helft van de koeienstal is al uitgemest, nu de andere helft nog. Tegen de avond worden de koeien handmatig gemolken. De boer met zijn knecht hebben een aanbindkrukje om zodat ze kunnen zitten bij het melken, wat een uitvinding. De emmers met melk worden in melkbussen van 30 liter gegooid. Alle volle melkbussen worden verzameld en aan de weg gezet. Elke dag komt de vrachtwagen langs om de melkbussen op te halen. Laat in de middag worden de melkbusjes, inhoud 1 liter, voor de vaste klanten uit de omgeving gevuld die ze na 6 uur komen ophalen. Een liter melk bij de boer kost 75 Hollandse centen en wordt per week afgerekend. Die tijd ligt ver achter ons.

Jan Sluimer
9 0

Grootmoeders recept

Donna Achterdekomma loopt de winkel binnen. Vandaag gaat ze voor het eerst pannenkoeken bakken. Ze loopt naar de taartafdeling waar de pakken met pannenkoekenmix staan. Ze is haar bril vergeten en vraagt aan de kruidenier of deze de bereidingswijze wil voorlezen. De bereidwillige verkoper heeft ook zijn bril nodig en pakt deze uit de brillenkoker. De beste man leest de bereidingswijze voor, ‘Gefeliciteerd met uw aankoop. Zet voor het bakken alle deuren en ramen wijd open en zet uw favoriete muziek of muziekzender op. Gooi de twee eieren, een wit en een bruin ei, in een schaal en meng het meel en de eieren door elkaar met een mixer. Mocht je geen mixer in huis hebben gebruik dan de doodgewone pollepel. Het beslag moet klontvrij zijn. Zing of neurie mee met uw favoriete nummer voor het beste bakresultaat. Als het beslag klaar is neemt u even pauze en leest u de krant of laat uw huisdier uit voor een optimale voorbereiding. Na de time- out zet u de koekenpan een klontje boter op het vuur. Als de pan goed heet is vult u de pan met de soeplepel met het beslag. Verdeel het beslag in de pan en laat het even sudderen totdat de bovenkant wat droog lijkt. U kan de pannenkoek daarna omdraaien door de pannenkoek in de lucht te werpen. Mocht u niet zo bekwaam zijn kan u de pannenkoek altijd omdraaien met een spatel als u niet zeker van uw zaak bent (de eerste pannenkoek mislukt altijd!). Als de pannenkoek klaar is legt u deze op een bord met een deksel erop dan blijven ze lekker warm. Bij elke nieuwe pannenkoek moet een vers klontje boter in de pan doen anders is het leed niet te overzien, ze blijven kleven aan de koekenpan. Bij het bakken komen veelal de gezinsleden kijken en willen proeven. Dit voorkomt u door met de spatel op de vingers te tikken van het gezinslid (zo leren ze het wel af). Herhaal dit vele malen totdat het beslag op is. Als het bakken klaar is hoop ik dat de tafel al door anderen gedekt is (meestal niet). Veel succes en eet smakelijk.’ Donna is overtuigd en probeert aan alle kwaliteitseisen te voldoen die op het pak staan. De kruidenier overhandigt haar het pak met pannenkoekenmix. Ze stopt het pak in haar tas. Nog even op zoek naar een pak melk en 2 doosjes eieren en ze loopt richting de kassa met haar aankopen. Eenmaal thuis gaan alle ramen en deuren open.

Jan Sluimer
9 0

Sneeuwpret

Het sneeuwt al dagen en er is een flink pak sneeuw gevallen. De temperaturen komen overdag niet meer boven nul uit. Op de grote vijver in de buurt ligt een laagje ijs onder de sneeuw. De wind komt uit het noorden en is guur. Het is goede plaksneeuw, een sneeuwpop kan niet lang op zich laten wachten. Ze zijn goed aangekleed tegen de kou en de sneeuw. Alle kinderen uit de buurt maken gezamenlijk een sneeuwpop. De kinderen rollebollen door de sneeuw en maken veel plezier. Ze helpen elkaar met het maken van het onderlijf van de sneeuwpop. Een andere groep is bezig met het hoofd van de sneeuwpop. Iedereen is volop en geconcentreerd bezig. Moeders kijken af en toe door het keukenraam naar de kinderen. Tussendoor is er een sneeuwgevecht en zorgt voor wat afleiding. Het is al vroeg donker en de sneeuwpop staat maar is nog niet aangekleed. De volgende dag leggen de kinderen de laatste hand aan de sneeuwpop. Een kind haalt een warme sjaal van thuis. De jongen van de boerderij neemt een winterpeen mee voor de neus. Het kind van de kolenboer zorgt voor de steenkool voor de mond en de ogen. De steenkool zorgt voor een big smile op het gezicht van de sneeuwpop. Twee ouderwetse bezems worden gebracht door de vrouw van de buurjongen. Iedereen is naar huis en de sneeuwpop blijft alleen achter. Zijn ogen beginnen te glinsteren in de vroege en vooral koude avondzon. Een hoed voor de sneeuwpop is het enige wat ontbreekt. Hevige sneeuwval zorgt voor een koude knar van de sneeuwpop. Dagenlang staat de sneeuwpop daar zonder hoed tegen de schrale wind met een kaal hoofd. Een bejaarde man, Eef Save komt al dagen langs met zijn rollator en wordt blij van de sneeuwpop. Het ontbreekt de sneeuwpop alleen aan een mooie hoed. De oude man is het zat en gaat thuis zijn mooiste zondagse hoed halen. Met veel moeite lukt het hem de hoed op de kop van de sneeuwpop te zetten. Voldaan loopt hij door de kersverse sneeuw naar huis en kijkt nog één keer achterom. De sneeuwpop geeft Eef Save een knipoog.

Jan Sluimer
4 0

Stoorzender

Op de kalender is het 6 januari. Op de overgebleven oliebollen staat een laag schimmel in de keuken. Op het gourmetstel op de aanrecht liggen nog koude stukjes vlees op het schaaltje die doordrenkt is met boter. Het restant van het natte vuurwerk staat bij de open haard te drogen. Abel Variabel zit in zijn luie stoel in de linkerhoek van de woonkamer naast de open haard. Hij is op zoek naar een andere radiozender op zijn transitstroradio. Een transitstroradio kom je niet vaak meer tegen maar Abel maakt vaak genoeg gebruik van de radio. Hij houdt van alle soorten muziek en zoekt graag naar een andere zender. De ene keer is het hiphop en de andere keer muziek uit de jaren 80. Klassieke muziek kan hij tegenwoordig ook vaak waarderen. Hij gaat er voor zitten en ploft neer in zijn relaxstoel. Abel kan totaal niet genieten van lange discussies en draait snel door. De waarheid ligt toch altijd in de midden. Een zender met non-stop muziek heeft vaak zijn voorkeur. Radiostations waar tussen de plaatjes wordt gepraat is Abel snel op afgekapt. De dj’s praten met elkaar maar het gaat helemaal nergens over. Om het half uur nieuws met elke keer dezelfde onderwerpen gaat hem ook snel vervelen. Sommige dj’s slaat Abel Variabel over want die denken dat ze grappig zijn en lachen om hun eigen grappen. Een regionale zender vind hij soms ook wel eens vermakelijk. De laatste tijd is hij weer op zoek naar een andere zender die mij kan bekoren. Hij zoekt wat af en soms is de radiozender slecht te bereiken en zoekt hij rustig verder. Soms raden mensen Abel Variabel aan om naar hun favoriete zender te luisteren. Na vijf minuten hoort hij al of het wat is of helemaal niks. Abel luistert ook vaak naar de stem en als deze hem niet bevalt gaat hij weer op zoek naar een andere radiozender. Duitse zenders met schlagers vind hij ook wel aardig maar niet te vaak. Sportzenders zijn de favorieten van Abel vooral als het over voetbalwedstrijden en de Toer de Frans gaat. Vaak voelt hij de spanning door de radio heen. Vroeger zat Abel aan de transitstroradio gekluisterd en luistert naar de Europa cup 1, 2, en 3 (voor bekerwinnaars). Live verslag op de radio en later pas een hele korte samenvatting op tv. Legendarische voetbalwedstrijden en het commentaar was veelal mooier dan de wedstrijd. De schaatswedstrijden die buiten werden georganiseerd tussen de toppers Ard en Keesie. Sfeer creëren over de radio is voor sommige radiomakers weggelegd. Ook Fritz Spits met de Avondspits trok veel luisteraars verzekert Abel. Vandaag is Abel Variabel weer eens op zoek naar een andere zender. Na dagen zoeken komt hij op een onbekende zender uit. Het radiostation zal wel niet veel luisteraars hebben. Hij denkt wat vrienden en wat familieleden van de dj. Abel vraagt zich wel af wie de plaatjes uitzoekt. Het radiostation moet niet overdrijven. De radiozender brengt vijf kerstnummers achter elkaar ten gehore in januari.

Jan Sluimer
1 0

Heerlijk avondje

Vandaag staat de kalender op 5 december. Buiten is het al dagen koud en guur. Eergisteren had het paard van de Sint een hap van de winterpeen genomen maar de rest bleef achter in de schoen. Piet en Riet eten vanavond hutspot, een overgebleven restje en de 3 kinderen hebben geen honger. Met z’n allen zitten ze deze avond in de woonkamer, het wachten is op Sinterklaas. De kinderen kijken om de haverklap op de pendule hoe laat het is. Ze mogen tot laat opblijven want de Sint komt langs. Veranda, de oudste weet dat Sinterklaas niet bestaat maar voert haar eigen toneelstukje op. Merel, de jongste begint al voortdurend te geeuwen. Vooral de kinderen zijn gespannen en wachten rustig af. De tafel staat vol met warme chocolademelk met slagroom, de kinderen vinden dat heerlijk. Het schaaltje met gevuld speculaas en schuimpjes is ook al half leeg. De kinderen krijgen geen hap door hun keel na het snoepen van de lekkernijen. Een verdwaalde chocoladeletter en marsepein liggen in een capuchon aan de kapstok. De woonkamer straalt alleen maar gezelligheid uit en de Sint is van harte welkom. Slingers van de Sint hangen door de woonkamer en een Pietenhuis maakt de boel compleet. Om half 8 gaat de deurbel en de kinderen zingen spontaan ‘Daar wordt aan de deur geklopt’. Vader Piet doet de voordeur open en ziet de bui al hangen. De buurman staat met een zak vol cadeaus voor de deur en hij kijkt bedeesd uit z’n ogen. Piet laat hem binnen en de buurman gaat strompelend de woonkamer binnen en hij zet de jutezak met sinterklaascadeaus voor de open haard. Riet loopt teleurgesteld naar de keuken, een traantje wegpinkend. De buurman is verkleumd van de kou en snotverkouden. Riet voegt zich even later weer in de woonkamer en gaat naast Piet zitten. Een niesbui van de buurman vult de huiskamer. De buurman hoest en de snot, de zakdoek is te laat, belandt in zijn gekweekte baard. Het is minutenlang stil maar de kinderen zijn vooral verbaasd dat de buurman de pakjes heeft. Piet en Riet vragen de buurman om uitleg over de ontstane situatie. De buurman komt met het verlossende antwoord: ‘Sinterklaas is ziek.’Heerlijk avondje Vandaag staat de kalender op 5 december. Buiten is het al dagen koud en guur. Eergisteren had het paard van de Sint een hap van de winterpeen genomen maar de rest bleef achter in de schoen. Piet en Riet eten vanavond hutspot, een overgebleven restje en de 3 kinderen hebben geen honger. Met z’n allen zitten ze deze avond in de woonkamer, het wachten is op Sinterklaas. De kinderen kijken om de haverklap op de pendule hoe laat het is. Ze mogen tot laat opblijven want de Sint komt langs. Veranda, de oudste weet dat Sinterklaas niet bestaat maar voert haar eigen toneelstukje op. Merel, de jongste begint al voortdurend te geeuwen. Vooral de kinderen zijn gespannen en wachten rustig af. De tafel staat vol met warme chocolademelk met slagroom, de kinderen vinden dat heerlijk. Het schaaltje met gevuld speculaas en schuimpjes is ook al half leeg. De kinderen krijgen geen hap door hun keel na het snoepen van de lekkernijen. Een verdwaalde chocoladeletter en marsepein liggen in een capuchon aan de kapstok. De woonkamer straalt alleen maar gezelligheid uit en de Sint is van harte welkom. Slingers van de Sint hangen door de woonkamer en een Pietenhuis maakt de boel compleet. Om half 8 gaat de deurbel en de kinderen zingen spontaan ‘Daar wordt aan de deur geklopt’. Vader Piet doet de voordeur open en ziet de bui al hangen. De buurman staat met een zak vol cadeaus voor de deur en hij kijkt bedeesd uit z’n ogen. Piet laat hem binnen en de buurman gaat strompelend de woonkamer binnen en hij zet de jutezak met sinterklaascadeaus voor de open haard. Riet loopt teleurgesteld naar de keuken, een traantje wegpinkend. De buurman is verkleumd van de kou en snotverkouden. Riet voegt zich even later weer in de woonkamer en gaat naast Piet zitten. Een niesbui van de buurman vult de huiskamer. De buurman hoest en de snot, de zakdoek is te laat, belandt in zijn gekweekte baard. Het is minutenlang stil maar de kinderen zijn vooral verbaasd dat de buurman de pakjes heeft. Piet en Riet vragen de buurman om uitleg over de ontstane situatie. De buurman komt met het verlossende antwoord: ‘Sinterklaas is ziek.’

Jan Sluimer
9 0

Publicaties

Schrijver van de verhalenbundels:

'Trek in ijs en andere ongemakken' (2021)                 https://www.boekscout.nl/shop2/boek/9789464310337

'Het fotorolletje, een brood en de treurwilg' (2022)  https://www.boekscout.nl/shop2/boek/9789464507218

Prijzen

Varia

Mijn verhaal 'Kassa' is verschenen in de bundel '55 woordenverhalen' in 2020. Mijn verhaal 'Balkonscène' is verschenen in de bundel 'Bedankt!' in 2020. Mijn verhaal 'Sfeervol' is verschenen in de verhalenbundel 'Vijf minuten' in 2021. Mijn verhaal 'Naar de supermarkt in tijden van corona' is verschenen in de verhalenbundel '2021 Oh, wat een (geweldig) jaar' in 2021. Mijn verhaal 'Weersverandering' staat op 'De zelfgemaakte buiten Scheurkalender met als datum 31 maart 2024' ingezonden in 2023.